Het eerste en tot nu toe enige NSF was eind 2004. Nu zijn jullie bezig met de voorbereidingen voor een NSF in 2006. In de tussentijd lijkt er niks te gebeuren. Waarom?
Het NSF was een noodzakelijk eerste begin voor de sociale bewegingen in Nederland om tegenover het neoliberalisme een alternatief op te bouwen. Nederland loopt achter bij de globaliseringsbeweging in de rest van de wereld. Iedereen was het erover eens dat het forum geslaagd was. Het was immers de eerste keer. Maar het NSF had geen uitstraling naar buiten en leidde tot weinig gezamenlijke initiatieven. De opzet van het forum kan de volgende keer een stuk beter.
Wat zou dan anders moeten?
In het kort kun je zeggen dat de vaak kleine workshops en seminars goed werden bezocht en georganiseerd. Maar de grote plenaire themabijeenkomsten kwamen niet uit de verf. Voor dat laatste voelden te weinig mensen zich verantwoordelijk, terwijl in de seminars toch werd bewezen dat clubs samen best iets positiefs kunnen neerzetten. Het resultaat was een NSF waar veel standpunten werden uitgewisseld, maar dat niet leidde tot de gewenste discussies, conclusies of initiatieven. Daarnaast zijn we geschrokken van de lage opkomst onder de achterban van grote organisaties als FNV en Novib. Tenslotte waren een aantal maatschappelijke issues ondervertegenwoordigd in het programma, zoals gezondheidszorg en onderwijs. Naar aanleiding van deze kritiek ontstond discussie over de toekomst.
Wat waren die discussies?
Ten eerste vroeg een aantal mensen zich af of het niet beter was voor een nieuw sociaal forum, eerst wat gezamenlijke acties en themadiscussies te organiseren. Ten tweede bestonden er meningsverschillen over het karakter van het NSF. Is het NSF een platform waar sociale bewegingen hun ideeën presenteren en uitwisselen of is het een beweging met gezamenlijke standpunten en initiatieven? Is het doel van het NSF om als geheel een uitstraling naar buiten te hebben of is het forum juist bedoeld als een intern proces van de beweging zelf? De uitkomst was natuurlijk dat we alles moeten zien te combineren. Maar deze discussies zullen steeds weer terug komen, want ze hebben te maken met elke stap die we in het NSF-proces zetten.
Praktisch gezien leidde de discussie er toe dat een coördinatiegroep werd ingesteld die het NSF van begin volgend jaar voorbereidt.
Hoe doen jullie dat?
Naast het hele praktische werk van het organiseren van een NSF zetten we een enquête uit onder verschillende organisaties en hun achterban. Om te weten te komen welke thema’s en discussies daar leven en hoe we willen dat het NSF vorm krijgt. Hopelijk creëren we daarmee een groter draagvlak voor een volgend NSF. De uitkomst ervan word besproken op de plenaire bijeenkomst van 11 oktober. Dan begint het moeilijke gedeelte: hoe de uitkomst om te zetten in praktische stappen.
Hoe zie jij dat voor je?
De uitdaging is om al ver voor het NSF in 2006 organisaties aan elkaar te koppelen die dezelfde thema’s en discussies belangrijk vinden. En ze de verantwoordeijkheid te laten nemen. Daarnaast geeft de enquete ons een beeld van wat er nog mist in het NSF. De vraag is dan hoe je die niches invult.
Uit de enquete zal ook blijken welk belang mensen aan het NSF hechten. Mocht dat niet zo goed uitvallen, dan denk ik dat we hard moeten werken om aan iedereen duidelijk te maken dat samenwerking noodzakelijk is in de strijd voor een andere wereld.
Je praat voortdurend over processen, organisaties en thema’s. Zou je ook iets concreter kunnen zijn over het belang van een NSF?
Een belangrijk thema op het NSF is bijvoorbeeld Europa. Het referendum heeft niet alleen op pijnlijke wijze laten zien hoe groot de verdeeldheid is tussen linkse partijen en tussen de top van sociale bewegingen en hun achterban. Het probleem ligt niet zozeer in de beoordeling van wat er feitelijk mis is in Europa. Maar in wat men er tegenover stelt. Wat is het alternatief? En op die vraag antwoorden de deelnemers aan het NSF zeer verschillend. Centraal staat wat mij betreft: meer democratie. De aard van het neoliberalisme is in wezen ondemocratisch, door de zeggenschap van burgers over hun omgeving weg te halen en ergens anders onder te brengen; bij de markt, maar ook bij bureaucratische instituties. De Europese Unie is daarvan een uitdrukking. Het NSF wordt een groot succes als we erin slagen daarover overeenstemming te bereiken. En nadenken over initiatieven die op democratische wijze burgers betrekken bij de vraag wat voor Europa we willen.
Reactie toevoegen