Jaren van scholing, protest en lobbyen lijken eindelijk effect te hebben op het milieubeleid van de VS, hoewel niet zonder voortdurende Republikeinse weerstand en Democratische aarzeling – en tot nu toe niet snel- en sterk genoeg voor de verandering die we nodig hebben. De niet aflatende winstdrang van de olie- en steenkoolbedrijven en hun politieke macht vormen het grootste obstakel om de CO2-uitstoot te verlagen en de planeet en de mensheid te redden van de verwoestende gevolgen van de klimaatverandering. Maar afgezien daarvan vormt de nadruk van de hele cultuur op groei van bedrijven, vakbonden en het aantal consumenten een belemmering voor verandering.
Joseph Biden stelde zich kandidaat voor het presidentschap als milieukandidaat, met de belofte de opwarming van de aarde aan te pakken. Op zijn eerste dag als president blokkeerde hij alle nieuwe gas- en olievergunningen op federaal land en water, hield hij de Keystone XL-pijplijn tegen en sloot hij de Verenigde Staten weer aan bij het klimaatakkoord van Parijs. Nu stelt hij een begroting voor 2022 voor met 29,5 miljard euro (11,5 miljard euro meer dan vorig jaar) voor schone energie, betere waterinfrastructuur en meer onderzoek. Hij stelt ook voor om 143 miljoen euro te besteden aan de ontwikkeling van infrastructuur voor elektrische voertuigen – hoewel de Republikeinse Partij slechts een klein deel daarvan wil.
Milieugroepen zoals de League of Conservation Voters, de Sierra Club, Environmental Defense Fund en Sunrise hebben tijdens de verkiezingen van 2020 zo'n 1,2 miljoen euro uitgegeven, voornamelijk voor Biden en andere Democraten. Toch heeft de regering-Biden de voorbije maanden het licht op groen gezet voor verschillende projecten op federaal grondgebied of waarvoor federale goedkeuring vereist is: het Willow-project, een groot olieboorproject op Alaska's North Slope, olie- en leasecontracten in Wyoming en het verdere gebruik van de Dakota Access-pijplijn. Al deze projecten werden goedgekeurd door de regering van Donald Trump en fel bestreden door milieuorganisaties. Zoals Gregory Stewart, een leider van de lokale afdeling van de Sierra Club in Alaska, zei over het Alaska project: 'Ze openen een route voor de olie- en gasindustrie om onherstelbare schade toe te brengen aan de volksgezondheid en de leefomgeving van wilde dieren in Arctische gemeenschappen.'
Sinds de covid pandemie is de milieubeweging – in tegenstelling tot de spectaculaire demonstraties van de raciale rechtvaardigheidsbeweging – niet erg zichtbaar geweest. Hoewel lokale milieuprotesten doorgaan, is er geen grote, actieve nationale beweging. Milieuactivisten hebben zich gericht op steun voor de Green New Deal-wetgeving, gesteund door afgevaardigde Alexandria Ocasio-Cortez en senator Ed Markey.
'We gaan de overgang maken naar een 100 procent koolstofvrije economie, die verenigender werkt, rechtvaardiger en waardiger is en meer gezondheidszorg en huisvesting garandeert dan we ooit hebben gehad,' zegt Ocasio-Cortez. 'Zijn we van plan om een boodschap te sturen naar de regering Biden dat we groter en gedurfder moeten zijn? Het antwoord is absoluut ja.' De Democratic Socialists of America zegt over de Green New Deal-voorstellen: 'Het zijn gespreksstarters – niet complete en adequate blauwdrukken.' Hoewel de Green New Deal oproept tot een overgang naar een meer duurzame economie en een meer rechtvaardige samenleving, neemt het de olie- en gasbedrijven niet rechtstreeks op de korrel.
De meer radicale vleugel van de Amerikaanse milieubeweging betwist de cultuur van groei en stelt dat koolstofuitstoot alleen kan worden verminderd door het boren naar olie en het delven van steenkool vrijwel stop te zetten en de bedrijven die deze industrieën aandrijven te sluiten of drastisch in te krimpen: staal, auto's en kunststoffen, onder andere. Om dat te doen, zouden de energie-industrieën genationaliseerd moeten worden en onder controle gebracht van een werkelijk democratische regering. Dat wil zeggen, we moeten strijden voor socialisme als oplossing voor de klimaatcrisis. Zoals de groep System Change, not Climate Change! stelt: 'De huidige ecologische crisis is het gevolg van het kapitalistische systeem, dat winst voor een wereldwijde heersende elite belangrijker vindt dan mensen en de planeet. Daarom moet de crisis worden aangepakt door een internationale massabeweging van werkende mensen over de hele wereld.'
Dit artikel stond op NewPolitics. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.
Reactie toevoegen