De Franse president Macron kon er, ook al zat hij donderdag in Spanje, niet omheen: de actiedag van de vakbonden tegen zijn gehate pensioenwet, is een onverwacht groot succes. De woede over dit onbeschaamde en onrechtvaardige voorstel is groot en uit zich op straat en op de werkvloer. Het massale succes van de actie is te danken aan het feit dat de vakbonden, na 12 jaar, eindelijk weer aan hetzelfde touw trekken.
Bedankt Macron
Die eenheid is dan weer deels te danken aan Emmanuel Macron. De president vindt dat vakbonden alleen een rol, en dan nog beperkt, kunnen spelen in bedrijven, niet nationaal. Hij heeft globaal alleen maar minachting voor het zogenaamde 'middenveld'. Voor hem is macht alleen maar verticaal, gaullistisch: hij bovenaan, onder hem het volk, niets daartussen.
Aan zijn zijde heeft hij echter de Medef, de grootste werkgeversfederatie, die zijn pensioenplan volop steunt. Zelfs een vakbondsleider als Laurent Berger van de CFDT, tot voor kort erg meegaand, vindt het niet meer kunnen: met die president valt niet te praten.
Het is sinds 2010 voor het eerst dat ze samen optrokken, toen ook al tegen een pensioenhervorming. Acht vakbonden op één lijn krijgen, het leek een onmogelijke droom. De strijdlustige bonden CGT en 'Solidaires' (met SUD) stonden de afgelopen jaren vaak alleen op de barricades. Naargelang de sectoren en thema's, deden die van Force Ouvrière (FO) mee; die van de UNSA (spoorwegvakbond) en van de CFDT waren minder van de partij. Dan zijn er nog de FSU (Fédération Syndicale Unitaire) die vooral in het onderwijs leden heeft, de kleine christelijke CFTC en de bond van hoger opgeleiden CFE-CGC. Dat is het. De vakbonden kregen voor de actiedag versterking van 5 jongerenorgnanisaties.
Keerpunt
Acht bonden, zelfs samen vormen ze niet zo'n grote macht, de organisatiegraad ligt in Frankrijk vooral in de privésector erg laag. Vakbonden kunnen vooral druk uitoefenen in bedrijven en sectoren waar ze wel veel leden hebben. Om nationaal invloed op het beleid uit te oefenen, bleek deze eeuw door de verdeeldheid en de zwakke aanwezigheid in bedrijven niet mogelijk.
De actiedag van 19 januari 2023 kan het begin van een keerpunt zijn. Er is al jaren zoveel woede opgekropt. Het onbeschaamde en onrechtvaardige karakter van de beoogde pensioenhervorming komt bovenop het jarenlange minachten van iedereen die van een laag loon moet leven. De president begon met de belasting op de fortuinen; de ISF, af te schaffen en gaf ondernemers het ene na het andere fiscale voordeel.
Op de anderen, de mensen aan de onderkant, werd neergekeken. 'De mensen die ik heb gevolgd, zoals kassamedewerkers, zorgverstrekkers, mensen in de dienstensector…zijn doodop. De simpele boodschap van je zal langer werken komt bij hen hard aan. Hun werk is helemaal niet emanciperend: vroeg opstaan, zware inspanningen, druk…Wat is daar emanciperend aan? Degenen die de touwtjes in handen hebben, hebben het allicht goed, maar de mensen aan de onderkant amuseren zich minder'. Aldus Frédérgic Brunnquell, maker van de documentaire 'Classe moyenne, les révoltés', die uitgebreid het leven van die categorieën werkers volgde.
Extra straf
Die mensen langer laten werken, zonder enig uitzicht op betere beloning of arbeidsvoorwaarden, leidt tot steeds meer sociale woede. Het zijn die categorieën bovendien die extra worden gestraft in Macrons voorstel: de pensioenleeftijd op 64-jarige leeftijd en 43 jaar bijdragen voor een vol pensioen.
Iemand met een lagere opleiding die op 19-jarige leeftijd begint te werken, zal op 62-jarige leeftijd al 43 jaar hebben bijgedragen en moet dan nog twee jaar extra bijdragen betalen ten gunste van hogere categorieën. Komt daarbij dat mensen met een lagere opleiding volgens de demografische statistieken een levensverwachting hebben die drie jaar lager ligt dan bij hoger opgeleiden. Ze kunnen dus gemiddeld drie jaar minder genieten van een pensioenuitkering.
Er zijn nog andere aspecten. Daaronder de werkgelegenheidsgraad van senioren die in Frankrijk bijzonder laag ligt. Omdat de ondernemers van Medef hen opzij schuiven, hen sneller ontslaan en hen zeker niet aannemen. Waardoor velen dan nog wat extra jaren in werkloosheid terechtkomen, met lagere pensioenuitkeringen als gevolg. Bovendien is er het voorbije jaar zwaar geknabbeld aan de duur en bedrag van de werkloosheidsuitkeringen.
Afknagen
De pensioenen zelf zijn de voorbije decennia ook afgeknaagd. Ja maar, zegt de regering, de huidige gepensioneerden hebben gemiddeld een hogere levensstandaard dan de actieven. Ze hebben geen afbetalingen meer, zijn meestal eigenaar van hun woning, hoeven geen kinderen meer op te voeden… Maar dat zegt ook veel over de levensstandaard van de actieven die het met minder dan vroeger moeten stellen. Geblokkeerde lonen, precaire arbeidssituaties, minder goedkope dienstverlening, enzovoort.
Aan de pensioenbedragen zelf wordt ook geknaagd. Al lang trouwens. Sinds 1987 is het pensioen door allerlei ingrepen (zoals het niet langer koppelen aan loonstijging) met een kwart gedaald. Momenteel heeft een gepensioneerde 52 procent van het gemiddelde loon van de tien laatste werkjaren. De pensioenraad COR voorziet dat dit over enkele jaren nog 37 procent zal zijn. Dat zijn dus geen roze perspectieven.
Krachtproef
Het succes van 19 januari is beslist een hoopvolle start. Het wordt beslist een lange krachtproef die volgehouden en uitgebreid zal moeten worden. Wellicht tot een algemene staking van langere duur, hoe dan ook tot het voorstel wordt ingetrokken en de vakbeweging eindelijk weer aan zet komt.
Dit artikel stond op Uitpers.
Reactie toevoegen