Veel activisten die nog nooit eerder van hem gehoord hadden herkennen zich in Holloways denken. Vooral in de nieuwe linkse bewegingen van Latijns Amerika vond Change the world veel weerklank. En niet alleen omdat Holloway professor is aan een universiteit in Mexico of omdat hij veel publiceert in het Spaans. De mislukkingen en nederlagen van radicaal-links kwamen in Latijns Amerika, waar de revolutionaire bewegingen zo sterk waren en de hoop zo groot, extra hard aan. Toen de Zapatistas tien jaar geleden aan hun onorthodoxe strijd begonnen was een van de redenen waarom zij op zoveel sympathie konden rekenen dat deze beweging probeerde de oude fouten en valkuilen te vermijden. Ook voor Holloway zijn de Zapatistas een grote inspiratiebron.
Toch is er veel kritiek mogelijk op Holloways boek. Heel in het kort komen Holloways belangrijkste stellingen op het volgende neer: het veroveren van staatsmacht of elke andere vorm van macht leidt onherroepelijk tot een verwording van emancipatoire bewegingen omdat macht inherent autoritair is; de staat is slechts een deel van een uitgebreid web van kapitalistische sociale relaties. Macht en onderdrukking worden door het geheel hiervan uitgeoefend. Het veroveren of vernietigen van de staat is niet genoeg om dit netwerk te verbreken of te veranderen.
Power-to/over
Deze stelling komen voort uit Holloways opvatting van kapitalisme als een voortdurende proces van vervreemding en fetisjering. Het creatieve potentieel van mensen is wat ze uniek maakt, maar onder kapitalistische verhoudingen wordt dit vermogen, Holloway noemt het power-to, vervreemd omdat het onder het bevel van een ander komt te staan. Deze ander, een baas of president of andere leidinggevende, kan over de power-to van zijn ondergeschikten beschikken en heeft daarmee, in Holloways woorden power-over in handen. Power-over is een zichzelf reproducerende vorm van vervreemding, de reden dat macht altijd contra-emancipatoir is. Vervreemding kan slechts meer vervreemding voortbrengen. Verzet tegen vervreemdende power-over is voor Holloway de motivatie en de motor van het verzet tegen kapitalisme. Holloway laat zich inspireren door een, vaak creatieve, interpretatie van een reeks marxistische en niet-marxistische denkers als Adorno, Bloch, Negri en Foucault.
In dit artikel wil ik enkele van de mogelijke kritiekpunten belichten, in de hoop dat er meer debat komt over deze kwesties. Dit zijn namelijk in het geheel geen zuiver theoretische aangelegenheden maar hebben directe gevolgen voor de keuzes die radicaal-links maakt op bijvoorbeeld het vlak van organisatie of lange termijn strategie.
De staat
Ten eerste Holloways visie op de staat. Holloway verwijt traditionele marxisten een instrumentale kijk op de staat en betoogt dat in plaats van het veroveren van staatsmacht een emancipatoire beweging macht moet ontwijken, terugdringen. Power-over moet vervangen worden door power-to. Wat verbazingwekkend is dat Holloway Lenins boek uit 1917 'Staat en revolutie' volledig negeert. In dit boek werkt Lenin het idee uit dat een revolutionaire beweging niet als doel moet hebben het simpelweg veroveren van de bourgeois staat om daarmee het socialisme te bewerkstelligen. Dit zou een heel instrumentale staatsopvatting zijn. Ook moet het doel niet zijn om eerst de oude staat te vernietigen en vervolgens een nieuwe op te bouwen. Nee, zo betoogt Lenin, geïnspireerd door de Parijse Commune, een revolutionaire beweging moet op de as van de bourgeois staat iets geheel nieuws bouwen, een samenleving die bestuurd wordt van onderop, waarin iedereen betrokken is bij politieke beslissingen. De kiem van een dergelijke bestuursvorm zag hij in de raden van arbeiders, soldaten en wijken, de zogenaamde sovjets. Dit was een radicale breuk met eerdere, inderdaad instrumentele, staatsopvattingen. Toen Lenin voor het eerst opriep tot ‘alle macht aan de sovjets’ werd hem door partijgenoten verweten de plaats van Bakoenin als ‘prins van het anarchisme’ over te hebben genomen.
Dat Holloway niet expliciet ingaat op dit werk is een zwaktepunt. Hij kent het natuurlijk wel. Zelfs trekt hij uit de Parijse Commune lessen die soms vergelijkbaar zijn met Lenins conclusies. Dit alles zou echter niet zo’n probleem zijn als Holloway er in slaagde te duidelijk te maken waarom alle macht uiteindelijk gedoemd is contra-emancipatoir te werken en dat het mogelijk is om macht te omzeilen. In het sovjetsysteem dat Lenin in 'Staat en revolutie' beschrijft bestaan er immers zonder twijfel nog vormen van macht, ook in de negatieve betekenis van power-over. Holloway overtuigt niet.
Argentinazo
Voor Holloway zijn kapitalistische relaties een proces. Elke keer dat een arbeidster op haar werk verschijnt, elke keer als een soldaat orders uitvoert, wordt kapitalisme opnieuw gecreëerd door de power-to van de onderdrukten. Wat dus nodig is, volgens Holloway, is een beslist ‘nee’ van onderop. Door de weigering om nog langer te gehoorzamen verliest het kapitalisme zijn macht en zijn de verworpenen der aarde vrij om alternatieve, egalitaire samenlevingsvormen op te bouwen. Interessant is dat de recente geschiedenis een episode laat zien waarin het welhaast lijkt of Holloways ideeën op een onbewuste manier in de praktijk werden gebracht; de Argentinazo, de ineenstorting van de Argentijnse economie in 2001 die gevolgd werd door een massale rebellie. !Qué se vayan todos!, ‘ze moeten allemaal weg’, alle politici en partijen, was een veelgehoorde slogan. Argentijnen namen, onafhankelijk van partijen en bewegingen, wijken en fabrieken over, daarbij de oude instituten van power-over trotserend. In een artikel over de Argentinazo schrijft Holloway ‘de uitwerking van deze embryonale vormen van direct sociaal contact vormt het proces van de revolutie’.
Als men echter kijkt naar het verloop van de Argentinazo, of de geschiedenis van de Zapatistas, dan blijkt het opbouwen van deze alternatieve gemeenschapsvormen en het terugdringen van de oude overheersing niet genoeg. De huidige president van Argentinië is Néstor Kirchner, nota bene een Peronist. Met enkele beperkte sociale hervormingen als wisselgeld maakt onder zijn bewind de Argentijnse bourgeoisie een einde aan de fabriekbezettingen en wordt het land steeds verder ‘genormaliseerd’. De Zapatistas ondertussen, zijn teruggedrongen tot enkele kleine afgelegen gebieden, aan alle kanten belegerd. Het Mexicaanse leger is er op gebeten een nieuwe opstand te voorkomen maar lijkt op het moment tevreden te zijn met de autonome indianengemeenschappen in hun sop gaar te laten koken.
Te weinig macht
Wat is hier mis gegaan? Is het slechts, zoals een overtuigd Hollowayiaan zou kunnen zeggen, het gevolg van een te beperkt gehoor aan de oproep om in opstand te komen? Is al wat nodig was, slechts dat meer mensen 'nee' zeiden? Vooral in het geval van Argentinië lijkt dit onwaarschijnlijk. Eerder lijkt Holloway de kracht van kapitalistische maatschappijvormen te onderschatten. Inderdaad hebben deze de medewerking van de uitgebuitenen nodig maar ook als deze weigeren kunnen de structuren overeind blijven. Al wat nodig is, is dat binnen niet al te lange tijd de rebellie onderdrukt wordt en mensen weer gedwongen aan het werk gaan. Zoals Phil Hearse in een bespreking van Holloway in International Viewpoint opmerkt, is kapitalisme niet slechts een proces, het vormt structuren die niet elke dag opnieuw geschapen hoeven te worden maar blijven voortbestaan.
En op het moment dat de bourgeoisie weer probeert de arbeiders te dwingen aan het werk te gaan stelt de machtsvraag zich opnieuw. Simpelweg ‘nee’ zeggen, weigeren mee te werken aan de kapitalistische staat, is niet voldoende om deze te doen instorten, omdat het kapitalisme permanent een groot aantal mensen aan zich gebonden heeft (bureaucraten, politie, leger) en kan deze ook in tijden van crisis inzetten om haar wil opnieuw op te leggen. De Argentijnse radenbeweging en de Zapatistas kwamen juist macht tekort, macht die noodzakelijk is om het kapitalisme het hoofd te bieden. Niet alleen is het noodzakelijk om de oude machtsstructuren te breken, er moet ook een alternatieve machtsstructuur gecreëerd worden die voorkomt dat een tijdelijk terugdrongen kapitalisme kan terugkeren. Dit is ook wat bijvoorbeeld de Spaanse anarchisten deden in 1936. Hoewel zij vijanden van elke staat waren organiseerden zij alternatieve machtsstructuren, inclusief gewapende milities - een voorbeeld van een instrument voor power-over bij uitstek. De scheiding die Holloway aanbrengt tussen goede power-to en slechte power-over lijkt geen stand te houden. Keer op keer blijkt dat in een kapitalistische wereld het een niet zonder het ander kan.
Er zijn nog vele andere kritiekpunten denkbaar op Holloways denkbeelden. Zo is daar zijn eenzijdige opvatting van marxisme als een deterministische theorie die voorbij gaat aan Rosa Luxemburg die al stelde dat de mensheid zich continu voor de keuze tussen socialisme of barbarisme gesteld zag. Een ander aanmerking is de tegenstrijdigheid tussen Holloways ontkenning van zoiets als een menselijke aard en zijn naïeve overtuiging dat eenmaal verlost van kapitalisme en vervreemding mensen spontaan een egalitaire, democratische maatschappij opbouwen. Desondanks is Change the world een belangwekkend boek. Niet alleen is Holloway een creatieve denker, hij werpt ook vragen op die nog niet beantwoord zijn.
Reactie toevoegen