Grenzeloos redacteur en filmcriticus Rob Lubbersen schreef vorige week op deze site een recensie van de film Mockingjay Part 2 onder de titel ‘The Hunger Games 4 – Revolutie is geen feest’. Hier een reactie op deze recensie. Niet op wat er over de film staat, maar over wat Rob schrijft over 'de revolutie'.
Rob constateert terecht dat het idee dat ‘de revolutie één groot feest is’ afgewezen moet worden. Maar zo schrijft hij, we moeten wel de vraag stellen of het allemaal de moeite waard is, want het uiteindelijke resultaat kan tegenvallen en de revolutie kan na de overwinning gekaapt worden.
Het eerste wat opvalt is dat Rob in zijn bespreking de begrippen revolutie en opstand door elkaar heen gebruikt. Daarmee ontstaat het beeld dat een revolutie een geplande daad van een bepaalde groep is. Dat is een populair beeld: de bolsjewieken maakten in 1917 de revolutie in Rusland, Mao en de zijnen en Castro en Guevarra die in Cuba enzovoorts. ‘De revolutie’ is dan niet meer dan het moment van de opstand, van de machtsovername. Dat is een beperkte en verwarrende visie. Het geeft ook de indruk dat een revolutie ‘gemaakt’ wordt.
Een revolutie wordt mijns inziens niet gemaakt, maar is de uitkomst (of beter gezegd: een mogelijke uitkomst) van een revolutionaire crisis; van een situatie waarin de maatschappelijke tegenstellingen zo hoog zijn opgelopen dat het bestaande regime (gebaseerd op bepaalde maatschappelijke groepen klassen/lagen) wankelt en plaats moet maken voor een ander regime op een andere maatschappelijke basis.
Trotski gebruikt daar naar aanleiding van de situatie in Duitsland in de jaren dertig het beeld voor van een bal op een piramide. (zie het uitstekende artikel van de Duitse historicus Marcel Bois ‘Hitler Wasn’t Inevitable’). Die bal kan daar niet lang blijven liggen en in een dergelijke crisissituatie kan een relatief beperkte druk van de ene of de andere kant bepalend zijn voor de vraag welke kant de bal op rolt. Want een revolutionaire crisis kan altijd verschillende uitkomsten hebben, maar zal nooit tot een ongewijzigd herstel van het oude regime leiden.
In de dertiger jaren, toen Stalin in de Sovjet-Unie aan de macht was en er weinig meer van de verworvenheden van de oktoberrevolutie over was werd Trotski eens gevraagd of die hele revolutie, gezien de ellende die er uit voort was gekomen, wel de moeite waard was geweest. Een zelfde vraag als Rob in zijn bespreking stelt. Het antwoord van Trotski kwam er op neer, dat als de Bolsjewiki toen niet de bal hun kant op hadden laten rollen en de macht over hadden genomen, uiteindelijk de ‘zwarte honderden’ aan de macht zouden zijn gekomen omdat de ‘gematigde’ burgerlijke en sociaaldemocratische partijen niet meer in staat waren de macht te behouden. (De zwarte honderden waren, oorspronkelijk door de Tsaar gefinancierde, antisemitische knokploegen bekend om hun bloedige pogroms, we zouden ze nu fascisten noemen.)
Toen, in de jaren dertig, was het moeilijk om je voor te stellen wat een regime van de zwarte honderden in de praktijk zou betekenen. Inmiddels weten we dat wel: de Holocaust. En een dergelijk regime kwam er niet in het ‘achterlijke’ en ‘barbaarse’ Rusland, maar in het land van de dichters en denkers, een van de centra van Europese beschaving. Want in Duitsland was de communistische partij er niet in geslaagd om de bal haar kant op te laten rollen. Het mislukken van de Duitse revolutie leidde niet tot een voortzetting van de Weimar republiek, met een regering van sociaaldemocraten, maar tot het aan de macht komen van Hitler, met alle gruwelijke gevolgen van dien.
En dat zien we vaker in de geschiedenis. Als in een situatie van diepe crisis links faalt, dan gaat uiterst recht er met de winst van door. Dat falen van links kan voortkomen uit ernstige politieke fouten, zoals in Duitsland in de 30er jaren, uit de zwakte van links, of een combinatie van beiden. Maar nooit is bij voorbaat succes verzekerd, zo werkt de geschiedenis niet. Naar mijn mening is het dan ook onzinnig om achteraf de vraag te stellen ‘was het wel de moeite waard om de strijd aan te gaan’. Was het wel verstandig van de jongeren in Egypte om op het Tahrirplein de strijd met Mubarak aan te gaan, als je ziet wat nu een paar jaar later de situatie is? Was het in de Tweede Wereldoorlog in Nederland wel verstandig om verzet te bieden, nu we weten dat het regime van Hitler toch vooral door de militaire inspanning van de geallieerde strijdkrachten ten val is gebracht? Was het verzet tegen de Stalinistische dictatuur wel de moeite waard? Zo kunnen we doorgaan.
Iedere vorm van verzet tegen de bestaande situatie brengt risico’s met zich mee, en direct succes is nooit verzekerd. Maar van niets doen weten we in ieder geval wat de uitkomst is.
Een heel andere vraag is natuurlijk die van de opstand, van het organiseren van een directe machtsovername. Dat is een vraag van strategie en tactiek. Is de tijd rijp, zijn onze sociale en politieke krachten voldoende, wat is hier en nu de meest geëigende vorm enzovoort. Maar de machtsovername is niet meer dan een (mogelijk) cumulatiepunt van het revolutionaire proces, een mogelijke uitkomst van de revolutionaire crisis.
Marx omschreef in de eervorige eeuw de revolutie als de vroedvrouw van de geschiedenis, die hielp de nieuwe maatschappij, die in de moederschoot van de oude was gegroeid, geboren te laten worden. Walter Benjamin omschreef de revolutie aan het begin van de vorige eeuw als de noodrem op de geschiedenis. Dat beeld lijkt me nu in de 21e eeuw meer dan ooit van toepassing. Het gelokaliseerde neoliberale kapitalisme voert ons allen met grote snelheid naar de afgrond van de klimaatcrisis. Hoe eerder we aan de noodrem kunnen trekken hoe beter. Dat zal geen feest zijn, wel een noodzaak.
Volgens Marx is revolutie een
Volgens Marx is revolutie een historisch verschijnsel dat zich niet al te vaak in de geschiedenis heeft voorgedaan. Een revolutie betekent de overgang van een heersende productiewijze in een volgende wanneer die productiewijze de ontwikkeling van de productiekrachten niet verder kan stimuleren. De overgang van het feodalisme (feodale productiewijze) naar het kapitalisme was zo'n revolutie. De opstanden die daaruit voortvloeiden bevestigden de belangrijke rol van twee nieuwe klassen in de kapitalistische productiewijze: de bourgeosie en het proletariaat. De strijd tussen die twee nieuwe klassen (klassenstrijd) bevordert de verdere ontwikkeling van de productiekrachten. Tot het moment dat de heersende klassen niet langer in staat zijn die ontwikkeling gaande te houden. De belangrijke vraag is of de huidige economische crisis een aanwijzing is dat de heersende klassen de greep op de maatschappelijke ontwikkeling verliezen en de mensheid aan de vooravond staat van een revolutie, dat wil zeggen van een overgang naar een nieuwe productiewijze. Voor de socialistische beweging is daarom een analyse nodig van de huidige economische situatie. Kan het kapitalisme b.v. robotisering verder ontwikkelen? Robotisering betekent de ontwikkeling van arbeidsbesparende productiekrachten die noodzakelijk werkeloosheid met zich mee brengen en de daarmee samenhangende problemen van overproductie, onderconsumptie en daling van de winsten. Kan het kapitalisme die problemen de baas ? Zeker is dat de verdere maatschappelijke ontwikkeling gepaard zal gaan met maatschappelijke strijd en actie. De belangrijkste groep die daarvoor georganiseerd moet worden zijn de werkende klassen, een belangrijke taak voor de socialistische beweging. Om die werkende mensen te organiseren zijn contacten met die mensen onmisbaar. En we vinden ze niet of nauwelijks in de tegenwoordige vakbeweging en ook niet in de "linkse" politieke partijen. We moeten ze dus opzoeken, huis aan huis, op de markt en in de winkelstraten, bij de bedrijven en instellingen. En natuurlijk ook als ze in actie komen, zoals bij de thuiszorg en de schoonmakers. Maar dan met een perspectief dat verder gaat dan het doel van die acties. Het gaat om de bewustwording van de werkende klassen van hun belangrijke rol in de huidige en in de mogelijke overgang naar een volgende productiewijze. Daarvoor is een eensgezinde socialistische beweging onmisbaar.
Willem de Vroomen Alkmaar
Reactie toevoegen