Reparatie en zeggenschap over de WW, beter een half ei dan een lege dop?

Het direct door de leden gekozen ledenparlement (LP) is in de vernieuwde FNV het hoogste beleidsbepalende orgaan. Dat geldt natuurlijk ook voor de inbreng van de FNV in organen als de Sociaal Economische Raad (SER) en de Stichting van de Arbeid. Dat dit niet van zelf gaat bleek op de vergadering van het LP op 30 januari. Daar lagen twee concept SER-adviezen ter besluitvorming voor. Twee leden van het LP schreven een kritische reactie over het conceptadvies over de WW en de gevolgde procedure.

‘Er ligt nu een concept advies van de SER. Wij en veel andere leden waren onaangenaam verrast op de LP vergadering van 30 januari. Twee omvangrijke dossiers: een over pensioenen en een tweede over de WW lagen plotseling ter besluitvorming voor. Gelukkig is dit terug gedraaid tot een oriënterende bespreking.  Maar op deze wijze  besluiten organiseren  hoort thuis bij oude vakbondspolitiek. Er wordt nu gelukkig nog iets gedaan aan voorlichting en discussie in het land met leden en bestuurders, maar dit voelt niet goed. Zeker omdat er een aantal knelpunten liggen waar we nu weinig meer aan kunnen veranderen.

Er had veel eerder aan de bel getrokken moeten worden toen bleek dat dit WW-dossier - vooral voor de komende cao-onderhandelingen - lastige dilemma’s op gaat leveren. We zijn nu nauwelijks meer in een positie om die punten, landelijk, met acties binnen te halen. Dat had een aantal maanden geleden misschien nog wel gekund. Een aantal van die gevaren zijn diverse malen in het ledenparlement naar voren gebracht. Steeds weer zijn we gerust gesteld. Voordat we de dilemma’s waar we nu mee geconfronteerd worden bespreken geven we eerst een schets van de situatie.

Het sociaal akkoord

De duur van de WW-uitkering gaat vanaf 1 januari 2016 terug naar 24 maanden en de opbouw wordt verlaagd. In het sociaal akkoord - dat in februari vorige jaar door de vakbeweging, de werkgevers en de regering is overeengekomen - is afgesproken dat deze verslechteringen  gerepareerd zouden worden. Daarnaast was afgesproken dat de vakbeweging en de werkgevers weer een rol zouden krijgen in de uitvoering van de WW.

Voor de FNV vormde deze afspraken de kern van het sociaal akkoord. Met het terugkrijgen van de zeggenschap hoopte de FNV de afbraak van deze werknemersverzekering in de toekomst tegen te kunnen houden. De financiering ervan komt dan niet meer uit de rijksbegroting maar uit premies van werkgevers en werknemers. Het langzaam opnieuw invoeren van de werknemerspremie zou koopkracht neutraal gebeuren, zo was de afspraak.

Sinds de jaren negentig, onder paars, zijn vakbeweging en werkgevers uit hun rol in de sociale zekerheid gedrongen. Via de zeggenschap over de laatste 12 maanden WW en de Participatiewet wil de FNV weer een rol krijgen via 35 regionale werkbedrijven. Daar moeten ‘van werk naar werk trajecten’ vorm krijgen en nieuwe banen voor arbeidsgehandicapten gecreëerd worden.

Voor de FNV zijn landen als België en Denemarken voorbeelden. Daar is de organisatiegraad van de vakbeweging hoger ondermeer omdat ze een rol spelen bij de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen en de arbeidsbemiddeling.
De voorstellen zoals die er nu liggen leiden tot een aantal dilemma’s.

Ongelijkheid tussen sectoren

In sommige cao’s zijn wel principe-afspraken voor reparatie van de WW gemaakt. In andere weer niet. Er zijn werkgevers die zich niet aan de afspraken uit het sociaal akkoord willen houden. Er zijn sectoren waar de cao-onderhandelingen stil liggen en  waar dus ook geen afspraken gemaakt zijn. En er zijn natuurlijk mensen die helemaal niet onder een cao vallen. Er gaan dus ongelijke situaties ontstaan. Zeker nu de werkgevers vast willen houden aan een gedifferentieerde premie, ook voor werknemers.  Dat kan volgens het sociaal akkoord, maar wij hebben er altijd tegen gepleit. Straks zijn er sectoren waar het economisch minder gaat, maar waar een hogere premie betaald moet worden, ook door werknemers. Aan de andere kant zijn er bedrijven en sectoren waar het goed gaat. Zo wordt het lastig om onze leden te overtuigen van het belang van goede afspraken over herstel van duur en opbouw van de WW. Die kiezen misschien liever voor meer loon. Dit soort zaken maken een goede cao-coördinatie moeilijk. De werknemerspremie heeft gevolgen voor de koopkracht. Over compensatie van de premies is niets afgesproken.

Overheid

Alle afspraken in het SER- advies gaan over de private sector. De collectieve sector is eigenrisicodrager (de werkgevers betalen geen WW premie, maar de uitgekeerde WW wordt door het UWV bij hen in rekening gebracht) en kent eigen regelingen. Deze regelingen zijn op de WW gebaseerd. Er moet echter nog steeds een  afspraak komen die de werkgevers in de collectieve sector bindt aan de afspraken van het sociaal akkoord. Dat gaat niet vanzelf.

Werknemerspremie koopkrachtneutraal?

Met het kabinet moet nog geregeld worden hoe de werknemerspremie koopkrachtneutraal ingevoerd gaat worden. Daar moet de wet voor veranderd worden. Als dit SER-advies uitgebracht is moeten we afwachten hoe dat gaat lopen. Zeker met een kabinet dat afhankelijk is van D’66, een niet erg enthousiaste supporter van het sociaal akkoord. D’66 heeft  al een keer het sociaal akkoord eenzijdig gewijzigd bij de behandeling van de wet ‘Flex en zekerheid’ in de Eerste Kamer.  Dat was eens en nooit meer. Hoe gaan we nog druk zetten aan het einde van dit traject?

Aanbesteding

De FNV moet volgens het concept SER- advies via een aanbestedingsprocedure haar rol in de uitvoering van de WW zien te verzilveren. Samen met uitzendbureaus, die ook staan te trappelen om een rol te gaan spelen. Nu is aanbesteding, marktwerking, iets waar we ons steeds meer tegen verzetten. Dat moeten we in dit geval ook doen. We zijn ook hier niet gerust op de afloop. Ook hier was het sociaal akkoord duidelijk: de sociale partners zouden een rol krijgen….

Bij de discussie over het sociaal akkoord in het voorlopige ledenparlement is een motie aangenomen waarin werd gesteld: ‘We moeten druk op de ketel houden om te zorgen dat de beloftes die er voor werknemers en de FNV in zitten, waargemaakt worden.’ Daar is in dit dossier weinig mee gedaan. En het gaat hier wel om de kern van het sociaal akkoord.

Het SER-advies is nu een half ei. Als de open eindjes niet ingevuld worden is het een lege dop. En we moeten  nog beginnen met dit allemaal uit te leggen aan onze achterban. We hebben kostbare tijd verloren. Terwijl de cao- tafels vol met problemen liggen en de werkgevers alweer de aanval geopend hebben op de loondoorbetaling bij ziekte.’

Met het sociaal akkoord werd de invoering van een ministelsel van de sociale zekerheid voorkomen. Er lag de belofte aan de leden dat we de verslechteringen zouden repareren. De inzet was dat we dit centraal zouden doen. Dat gaat nu onmogelijk worden en in ieder geval langer duren als het er al overal ooit van komt.

Ondertussen worden werkgevers steeds brutaler. V&D is slechts een voorbeeld waarbij een bedrijf wordt leeggezogen en daarna aan het personeel een loonoffer wordt gevraagd om de boel overeind te houden als er wat tegenwind ontstaat. Als het bedrijf niet was overgedaan aan een hedgefund en de winkels niet verkocht waren aan het vastgoed kapitaal was de vermogens- en financiële positie van V&D  heel anders geweest.

Het PvdA smaldeel in het kabinet heeft steeds meer moeite om de afspraken die gemaakt zijn in het sociaal akkoord  overeind te houden tegen de druk van rechts en de werkgevers. Dat zien we nu bij het debat over de ontslagvergoeding voor flexwerkers.  Wat de werkgevers niet aanstaat in het sociaal akkoord is opeens een weeffout die ze niet opgemerkt hebben. Dan heb je ten eerste slechte juridische adviseurs en tweede is het al snel fout als je norm is dat je maar kan doen en laten wat je wilt met flexwerkers.

De speeltijd is voorbij. De ‘bescherming’ van het sociaal akkoord is uitgewerkt. We zullen ons moeten opmaken voor een confrontatie met de werkgevers. Ze dagen ons voortdurend uit en krijgen de ruimte met hun verhaal in de media. We kunnen die ruimte alleen terugwinnen als we uitgaan van onze eigen belangen en ons eigen verhaal. Waarom moeten werknemers en burgers de dupe zijn van wanbeleid en uitzuigerspraktijken?

We kunnen alleen vertrouwen op onze eigen organisatie en onze eigen kracht. Een ander doet het niet voor ons. En zeker dit kabinet niet.

Patrick van Klink, sector industrie

 

Ger Geldhof, sector publieke diensten

Dossier
Soort artikel

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop