Mijn eerste ontmoeting met Theo was ergens in 1972 of 1973. De plaats en de gelegenheid weet ik nog heel goed. Het was in de Van Bossestraat in de Westerparkbuurt in Amsterdam, in een oud winkelpand dat in gebruik was door de revolutionaire jongerenorganisatie Revolte. Daar werd een scholingsbijeenkomst gehouden van de actiegroep Proletarisch Links (PL) die niet lang daarvoor uit de Pacifistisch Socialistische Partij (PSP) was gezet en nu als zelfstandige organisatie functioneerde. Ik was even in de twintig en nooit lid geweest van de PSP, en ook geen lid van Proletarisch Links, maar ik had gehoord dat die club degelijke marxistische scholingen gaf, en daar wilde ik meer van weten.
Bijna alle aanwezigen waren net als ik twintigers, al bleken er verschillende al een behoorlijke ervaring in de linkse beweging te hebben. De enige oudere was een kleine grijze man, met dun achterovergekamd haar, die dunne sigaartjes rookte. Dat was Theo en hij was de scholingsinleider.
Er ging een wereld voor me open op die zondagmiddag. Al een tijdje was ik geboeid door het marxisme. Het dunne boekje van Ernest Mandel 'Inleiding in de marxistische economie' had een verpletterende indruk op me gemaakt en sindsdien las ik alles van Marx, Engels, Lenin, Trotsky en consorten dat ik maar te pakken kon krijgen. In mijn Haagse studiegroepje discussieerden we daarover, maar dit was anders. Hier was iemand aan het woord die zich al tientallen jaren met deze materie bezighield, die al voor de oorlog politiek actief was, die sprak over de standpunten van Lenin, Trotsky, Sneevliet, Sinowjev en vele anderen die mij toen nog niets zeiden alsof het oude kennissen van hem waren.
Dit was anders dan de scholing van het Marxistisch Leninistische Centrum Nederland, waar ik één keer was geweest. Hier ging het niet om het marxisme van de eeuwige waarheid en de juiste lijn. Hier ging het niet om het goochelen met citaten om daarmee het al eerder ingenomen standpunt kracht bij te zetten. Hier werd het marxisme niet beschouwd als een dogma, maar vooral als een methode om de werkelijkheid beter te begrijpen.
Na die scholing volgden er nog veel meer. En niet lang daarna werd ik lid van Proletarisch Links en kwam ik al snel in de leiding van deze groep terecht, waar ook Theo deel van uitmaakte. Vaak vergaderden wij hem thuis aan de Tugelaweg. 'T. Wiering' stond op het naambordje, daaronder hing een bordje met 'De Internationale' (om te voorkomen dat de postbode de post voor het blad met die naam bij de buren in de bus deed, legde Theo me uit.)
Het huis van Theo en zijn vrouw Trien was een belangrijk centrum van de groep die toen nog Proletarisch Links heette en een paar jaar later, toen we ons bij de Vierde Internationale aansloten, de naam Internationale Kommunistenbond (IKB) kreeg. In de met boeken volgestouwde woonkamer werden scholingen en vergaderingen gehouden. De eerste tijd werd de kopij van de bladen Proletarisch Links en De Internationale er op de elektrische schrijfmachine van Theo uitgetypt, terwijl er af en toe een klant van Theo binnenkwam om over zijn boekhouding of belastingaangifte te overleggen. Ondertussen voorzag Trien ons van koffie en thee en als de vergadering een hele dag duurde, vaak ook van een verrukkelijke maaltijd.
Zo leerde ik Theo beter kennen. Het was een man met een grote kennis van het marxisme en de geschiedenis van de internationale arbeidersbeweging. Een uitstekende docent die - als wij in de "Kapitaalscholing" een hoofdstuk uit het eerste deel van het beroemde werk van Marx hadden gelezen - precies die vragen kon stellen waaruit bleek dat het toch een stuk ingewikkelder was dan we gemeend hadden.
Ook in politieke discussies was Theo vaak degene die – tegen ons jeugdig enthousiasme in – benadrukte dat het toch allemaal een stuk ingewikkelder en genuanceerder lag dan wij dachten. Ik heb hem dat niet altijd in dank afgenomen.
"Nog vol van idealen" stond er op de rouwkaart die Theo’s overlijden bekend maakte. Ik vind dat een mooie tekst, vooral omdat je dat in eerste instantie misschien niet met Theo associeert. Theo was geen man die bevlogen zijn idealen uitdroeg. Hij was bescheiden en ingetogen. Hij deed wat hij doen kon, zonder op de voorgrond te treden. Hij noemde meestal meer de belemmeringen en de problemen, dan de mogelijkheden en de perspectieven. Maar juist met die terughoudende opstelling kon hij het volhouden, omdat die geschraagd werd door een diep besef dat deze wereld beter kon zijn dan hij nu is. Dat besef was gebaseerd op een diep geloof in de mogelijkheid van de mensheid om zelf haar lot in eigen handen te nemen en een andere, humanere en rechtvaardiger wereld te scheppen. Zijn leven lang heeft Theo zijn kennis in dienst gesteld van anderen. Hij heeft tientallen jaren lang onvermoeibaar scholingen gegeven. Wij hebben veel van hem geleerd. En daar zijn we hem dankbaar voor.
De crematieplichtigheid zal op 9 juli plaatsvinden, om 13.00 in crematorium Westgaarde, Ookmeerweg 275 te Amsterdam
Reactie toevoegen