Door zich in de atmosfeer op te stapelen, veroorzaakt dit overschot een natuurlijk broeikaseffect: de opwarming van de oppervlakte van de aarde. Dit fenomeen werd in gang gezet door de industriële revolutie en de opkomst van het kapitalisme. De twee belangrijkste oorzaken zijn de verbranding van fossiele brandstoffen (steenkool, petroleum, aardgas) en de wijziging in de bestemming van de bodem (ontginning, landbouw…). Door de onmetelijke uitbreiding van het wagenpark in de jaren vijftig van de vorige eeuw weegt vooral de eerste oorzaak door. De historische verantwoordelijkheid van de klimaatsverandering ligt voor meer dan 75 % bij de ontwikkelde landen. Maar de uitstoot van de ontwikkelingslanden versnelt aanzienlijk (vooral in de grote landen zoals India, China, Brazilië)
Volgens de specialisten zal de temperatuurstoename beperkt moeten blijven tot onder de 2°C in vergelijking met de preïndustriële periode, zoniet zullen, volgens het IPCC, de gevolgen voor de ecosystemen en de mensheid alarmerend zijn, in het bijzonder voor de Zuiderse landen en de armen in het algemeen. Indien we uitgaan van de huidige toestand, kan een beperking van de temperatuurstoename tot 2°C niet meer gehaald worden door alleen te steunen op maatregelen in de ontwikkelde landen. Zelfs onder de hypothese dat deze laatste hun uitstoot onmiddellijk tot nul zouden herleiden en dat de ontwikkelingslanden geen enkele maatregel zouden nemen, zou de temperatuurstoename neigen tot 4° à 5°C binnen de eeuw. Dat is een even groot verschil in warmte als het verschil met de laatste ijstijd die onze aarde heeft gekend. Deze gigantische keerzijde van de kapitalistische ‘vooruitgang’ riskeert de mensheid in een nooit eerder geziene toestand terecht te brengen, met verschrikkelijke gevolgen.
Dit artikel gaat nog verder. Klik hier voor een pdf van het complete artikel.
Reactie toevoegen