De gele hesjes: mei 1968, de Commune of gewoon 2018?

Politici, deskundigen, commentatoren en dergelijken hebben de grootste moeite om een etiket te plakken op de beweging van de ‘gilets jaunes’ (gele hesjes) in Frankrijk. Er werd al vaak verwezen naar Mei 68, naar de sans-culottes van 1789, de Commune van Parijs van 1871, de revoltes in de voorsteden in 2005. Maar dit is compleet anders, en vooral ontzettend onverwachts. Zoals Mei 68 dat ook was.

Indignez-vous (neem het niet)

“La France s’ennuie” (Frankrijk verveelt zich) schreef Le Monde in 1968 enkele dagen voor alles begon. In 2018 was er ook wel verveling, maar vooral ontmoediging. De protestacties tegen de politiek van president Emmanuel Macron hadden alleen maar nederlagen opgeleverd, elke oppositie tegen zijn beleid leek verlamd. Misschien kwam het mede daarom dat het protest tegen hogere belasting op brandstoffen de vonk was voor een massaal sociaal protest waaraan de vernederde gemarginaliseerde vakbonden niet te pas kwamen. Niets wees op een naderende explosie.

Eens te meer zien we dat de samenleving niet gehoorzaamt aan de wetten van de exacte wetenschappen. De titel van Le Monde had voor kort kunnen luiden “La France soumise”, (Frankrijk onderwerpt zich), een land dat gelaten de presidentiële wil ondergaat. Totdat Fransen massaal de raad volgen van wijlen Stéphan Hessel, uit 2010 ‘Indignez-vous’ (neem het niet), wees verontwaardigd, maak u kwaad om al het onrecht rond u.

Geel protest, dat is gewoon een massale uitdrukking van verontwaardiging over onrecht. Fiscaal onrecht, in een land waar zelfs de belastinginspecteurs beschaamd zijn over hun eigen werk. Fiscaal onrecht, deel van grondig sociaal onrecht.

Diskrediet

Omdat het zo moeilijk is de beweging van de gele vestjes te etiketteren, is er groot wantrouwen bij de gevestigde bewegingen. Spontaan protest, zonder leiders of zelfs woordvoerders, wie trekt daar aan de touwtjes, vragen ze zich achterdochtig af.

Daniel Cohn-Bendit, in Mei 68 een van de kopstukken van de beweging en groot aanhanger van Macron, merkt bij de gele vestjes vooral een autoritaire tendens. Enkele gele vestjes hadden geopperd dat generaal de Villiers, die het vorig jaar aan de stok kreeg met Macron, eerste minister zou moeten worden. Wanneer de representatieve democratie hapert, grijpen al snel veel mensen naar een autoritaire uitweg. Maar men kan Macron moeilijk verwijten dat hij niet autoritair is, wel het integendeel. Bovendien valt het op dat actievoerders overwegend klagen over het gebrek aan democratie.

Dergelijke verwijten gaan voorbij aan de manifestaties waar gele en rode vestjes, op andere plaatsen gele en groene van de klimaatbetogers, samen opstappen. Dit soort beweringen heeft vooral tot doel de hele beweging in diskrediet te brengen.

Philippe Martinez, de leider van de linkse vakbond CGT, zegt in een gesprek met Le Monde dat er onder de zelfverklaarde woordvoerders van de gele vestjes “des gens infréquentables” zijn, mensen met wie men niet omgaat. Hij heeft het dan over gele actievoerders die illegale migranten aan de politie verklikten. Het verhaal over dat voorval doet nu al weken de ronde, alsof de honderdduizenden andere actievoerders allemaal schuldig zijn.

Eenzijdig

In een overzicht in le Monde over enkele ‘woordvoerders’ wordt erop gewezen dat sommigen een uiterst-rechts pamflet tegen het VN-Migratiepact verspreiden waarin staat dat Macron en de VN Europa voor honderden miljoenen migranten willen openstellen. Dat zoveel andere actievoerders militanten zijn van onder meer. La France insoumise (de politieke beweging onder leiding van Jean-Luc Mélenchon) wordt verzwegen.

Maar dat soort ideeën dringt veel makkelijker door als de vakbonden en andere organisaties aan de zijlijn blijven toekijken. Verscheidene vakbondsafdelingen en milieubewegingen schuiven dat wantrouwen aan de kant en doen resoluut mee. ‘Fin du monde, fin du mois, un combat’, (het einde van de wereld en het einde van de maand halen, één strijd), aldus de organisatoren van de klimaatmarsen van zaterdag in Frankrijk. Geen ecologie zonder sociale rechtvaardigheid.

De president en zijn garde laten natuurlijk ook niets achterwegen om de beweging in discrediet te brengen, vooral door het accent te leggen op gewelddadigheden. Maar intussen vallen er wel ernstige gewonden bij manifestanten, slachtoffer van de ‘Flash balls’ die massaal worden gebruikt. Geen dodelijk wapen, maar wel verminkend.

Onrecht

Wat bij veel actievoerders opvalt, is de haat tegen president Macron. ‘Macron-démission’ (Macron aftreden) is een vaak gehoorde slogan. Macron is de kristallisatie van decennia neoliberaal beleid, verscherpt door het zogenaamde soberheidbeleid na de financiële crisis van 2008. Van de schuldigen aan die crisis is niemand gestraft. Integendeel, de meeste van hen gaan  verder zoals voorheen, gedreven door één motief, een niet te stillen winsthonger. Terwijl aan de andere kant de koopkracht van de lagere en midden-inkomens vermindert, collectieve voorzieningen worden afgebroken en het belastingstelsel steeds minder progressief wordt.

Macron is nog verder gegaan dan zijn voorgangers, Jacques Chirac, Nicolas Sarkozy en François Hollande. Zijn hervorming van de arbeidswet had de rechtse Sarkozy niet meteen aangedurfd uit vrees voor de sociale reactie. Macron heeft wel doorgezet, zonder enige toegeving aan de vakbonden, zelfs niet aan de zo meegaande CFDT. Macron is met andere woorden een neoliberale extremist.

Nutteloos?

De vakbeweging heeft al twaalf jaar geen enkele overwinning meer binnengehaald, wat natuurlijk de indruk wekt dat die vakbonden nutteloos worden. De Franse vakbeweging is al zo zwak – zeer weinig georganiseerden en dan nog verdeeld over tien vakbonden; de opeenvolgende presidenten hebben haar voortdurend vernederd.

Waarom zouden actievoerders dan hun hoop stellen op bewegingen die keer op keer in het zand bijten? Waarom zouden ze zich spontaan wenden tot linkse partijen die in palliatieve zorg verkeren, zoals de PS en de communistische PCF. Die twee partijen haalden tot eind vorige eeuw samen 40 % of meer van de stemmen, nu rond 10%. La France insoumise? Die is op het terrein aanwezig, maar het volslagen gebrek aan interne democratie werkt verlammend. Uiterst-links, zoals de Nouveau Parti Anticapitaliste (NPA), is ook op het terrein en haar woordvoerder Olivier Besancenot geniet aanzien, maar die krachten zijn ook aanzienlijk verzwakt.

Haat

Wat de gele vestjes in de eerste plaats verenigt, is hun afkeer van Macron. De president verpersoonlijkt al de hatelijke aspecten van het neoliberalisme. Hij heeft daar dan ook zijn best voor gedaan.

Een eis die bij de gele vestjes altijd terugkeert: het herstel van de ISF, de belasting op grote vermogens. Een van de eerste maatregelen van Macron was vorig jaar de drastische vermindering ervan, in de ogen van de Fransen de afschaffing. Sindsdien draagt hij terecht het etiket ‘President van de rijken’.

Een tweede maatregel was de vermindering van de APL (aides personnelles au logement), een woontoelage, met 5 euro per maand. Vijf euro, dat is voor velen, onder wie talrijke studenten, veel geld. Hij gaf dus een groot cadeau aan de rijken, terwijl hij graaide in de zak van de laagste inkomens. Daar bovenop werd drastisch gesnoeid in de “emplois aidés”, mensen die voor lage vergoedingen allerlei werk doen voor lokale instellingen, verenigingen, enz., wat in veel dorpen en kleine steden zeer hard aankwam in onder meer de zorg- en de culturele sector. Terwijl hij bij de Manufacture de Sèvres een nieuw servies bestelde voor het Elysée ter waarde van een half miljoen euro.

Harteloos

Enkele presidentiële uitspraken versterkten dat beeld van een harteloze man, van iemand met een klasse-instinct gericht tegen iedereen die het niet breed heeft. Hij had het over “fainéants” (luiaards), over “des gens qui ne sont rien” (mensen die niets betekenen), hij snauwde naar een jonge werkloze “steek de straat over en je zal een job vinden”, hij sneerde naar de “Gaulois réfractaires au changement” (die Galliërs die zich tegen verandering keren)…Telkens weer dat misprijzen voor ‘het gepeupel’.

Er was ook zijn hooghartige houding na de affaire Benalla, zijn veiligheidsadviseur op het Elysée die op 1 Mei als een bezetene betogers te lijf ging. Telkens weer bleek dat de president zich verheven voelde boven de gebeurtenissen.

Woede blijft

Nu begint het tot de president door te dringen dat er iets schort. Niet aan zijn beleid, maar aan zijn stijl, zijn communicatie. Met een mengeling van gedeeltelijke toegevingen en repressie denkt Macron het tij nog te kunnen keren.

Maar andere groepen komen in beweging, er komt een staking in de transportsector, de boeren komen in actie, studenten en scholieren gaan de straat op. De kerstperiode komt eraan, niemand die kan voorspellen hoe het verder gaat met een beweging die ook niemand had zien aankomen. Links, verzwakt en verdeeld, moet niet aan de kant blijven staan, want precies daardoor krijgen radicaal-rechtse stromingen de kans om een deel van het terrein te bezetten en om garen te spinnen bijeen eventuele ontmoediging.

Eén zaak lijkt me zeker: de woede zal na het eindejaar niet weg zijn.

Dit stuk verscheen op 9 december op Uitpers en is door de redactie van Grenzeloos licht bewerkt.

Dossier
Soort artikel

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop