“De Europese Commissie zal landen die voor de bouw van nieuwe kerncentrales opteren niets in de weg leggen ”, zei onlangs Europees commissaris Frans Timmermans, verantwoordelijk voor de Europese Green Deal. De vraag naar de toelaatbaarheid van kerncentrales kreeg een nieuw elan, vooral onder invloed van de kernlobby, in het licht van de klimaatdoelstellingen. Kernsplijtstof is immers geen fossiele brandstof, en veroorzaakt geen directe uitstoot van CO2; de torenhoge witte wolken die geloosd worden door kerncentrales zijn waterdamp, en bevatten dus geen koolstofdioxide.
Geen CO2, maar …
De gevaren verbonden aan kernenergie zijn echter al lang bekend, en sinds de rampen in de centrales van Tsjernobyl en Fukushima zijn het geen theoretische bespiegelingen meer, maar catastrofes die we nog niet achter de rug hebben. Maar zelfs als we op lichtzinnige wijze de rampenscenario’s verwaarlozen, blijft er een levensgroot onopgelost probleem: het kernafval. Dat bestaat enerzijds uit het restafval van de splijtstof tijdens de gewone operatie van de centrale, anderzijds uit de gigantische hoeveelheden radioactief materiaal dat ergens naartoe moet als een kerncentrale wordt afgebroken. Terwijl voor laag- of middelactief afval rekening gehouden moet worden met een ‘afkoelingsperiode’ van ‘slechts’ enkele honderden jaren alvorens het radioactief gevaar 1) geweken is, bedraagt die periode honderdduizenden jaren voor het hoogactief afval. Honderdduizenden jaren, dat zijn tienduizenden generaties. De mainstream politici hebben het unisono over de ontoelaatbare belasting van de komende generaties als er niet driftig gesnoeid wordt in de pensioenuitgaven, maar over het vooruitzicht om tienduizenden generaties te belasten met hoogst gevaarlijke smeerlapperij halen ze de schouders op.
Daarover willen we het hier verder hebben. Kernenergie is een grensoverschrijdend probleem in de Europese Unie en wereldwijd, en het is een materie waar de Europese constructie van in het begin (als E.E.G.) regulerend optrad, met het Euratom-verdrag van 1957. Voor zover een Europese Green Deal een globale aanpak zou moeten betekenen van de milieu- en klimaatproblematiek kan kernenergie niet buiten beschouwing blijven.
De EU en kernenergie
Dat de Europese constructie zich van in den beginne inliet met kernenergie zou een goede zaak kunnen zijn geweest. Het was immers absoluut duidelijk dat de risico’s de landsgrenzen niet zouden respecteren. En ook in de vijftiger jaren waren de ingenieurs al perfect in staat te schatten welke radioactieve afvalbergen zouden ontstaan bij massaal gebruik van kernenergie, en men wist ook al dat die bergen gedurende vele duizenden jaren een zware bedreiging zouden blijven vormen. Het Euratom-verdrag van 1957 rept daar echter niet over; het gaat over de bevoorrading in splijtstoffen, de meldingsplicht aan buurlanden als er een radioactieve besmetting is, en het delen van de wetenschappelijke en technische kennis ter zake, maar wel met de volste aandacht voor de intellectuele eigendomsrechten van privébedrijven. Een rationele aanpak, voor zover die zou geopteerd hebben voor deze risicovolle energiebron, zou meteen ingezien hebben dat privébedrijven niet kunnen instaan voor een verantwoordelijkheid die zich over duizenden generaties uitstrekt. Maar de enige vermelding van afvalstoffen in het Euratom-verdrag is in artikel 37; “Iedere lidstaat is gehouden, aan de Commissie de algemene gegevens te verstrekken van elk plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen, in welke vorm ook, om vast te kunnen stellen of de uitvoering van dat plan een radioactieve besmetting van het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat ten gevolge zou kunnen hebben.” Het Euratom- verdrag is naderhand ook nooit bijgestuurd, hoewel de afvalproblematiek zich steeds duidelijker liet gelden.
Wat zegt de EU vandaag in 2020, nu er een milieuplan, ‘Green Deal’, vastgelegd wordt met implicaties voor de komende 30 jaar? Er zitten rationele elementen in dit plan, zoals de steun aan de lidstaten uit een Just Transition Fund (JTF) om zich te ontdoen van hun fossiele elektriciteitsvoorziening. Het precieze bedrag daarvan ligt nog niet vast 2), maar men zal zeker niet kunnen spreken van een historische inspanning. Positief is dat kernenergie niet in aanmerking zou komen voor steun uit het JTF, maar gas – ongetwijfeld een fossiele brandstof – wél. Over het al dan niet duurzaam zijn van kernenergie lanceerde de Commissie trouwens een onderzoek, maar wel door haar eigen onderzoekscentrum. De resultaten zouden volgend jaar bekendgemaakt worden. Over deze gang van zaken kwam er groen protest wegens het gebrek aan onafhankelijkheid.
Er is echter nog een andere belangrijke manier waardoor de EU sturend kan optreden bij de keuze van energiebronnen in de lidstaten, namelijk door het al dan niet toelaten van staatssteun. Het is in dit verband dat commissaris Timmermans zijn uitspraak deed dat “de Europese Commissie niets zal in de weg leggen van landen die voor de bouw van nieuwe kerncentrales opteren”. Hier had de Commissie nochtans een zeer belangrijk instrument in handen als ze de kernuitstap wou stimuleren, want zonder staatssteun is de bouw van kerncentrales praktisch uitgesloten. Helaas, Green Deal of niet, de EU blijft net zoals in het verleden de staatssteun voor deze achterhaalde energiebron goedkeuren.
Als men dan ook nog eens in overweging neemt dat de Europese Unie de drijvende kracht is achter het Energiecharterverdrag, dat het mogelijk maakt dat landen miljardenvergoedingen moeten betalen aan privébedrijven wanneer ze overschakelen op duurzame energie, kan men zich ernstig afvragen hoe groen de Europese deal eigenlijk is. Een processie van Echternach? Daar worden tenminste nog drie stappen vooruit en twee achteruit gezet, niet omgekeerd…
Wie zal de boel opruimen?
Over de schrikwekkende janboel die kernenergie voor de komende duizenden jaren achterlaat verscheen zopas een gedetailleerde studie, niet door de diensten van de Europese Commissie, maar door een team van onafhankelijke experten, en gefinancierd door een aantal Duitse ngo’s (o.a. de Heinrich Böll Stiftung) en de groene fractie in het Europees Parlement. The World Nuclear Waste Report 2019 – Focus Europe kan hier gedownload worden, en er is ook een samenvatting (ook versies in het Duits, Frans, Turks en Tsjechisch).
Er is nu al een volume van 2,5 miljoen kubieke meter laag- en middelactief afval, maar op termijn, als de centrales afgebroken moeten worden, zal het gaan over 6,6 miljoen m3, een voetbalveld vol opgestapeld tot bijna 1000 meter. Er is geen enkele goede oplossing voor dit probleem, laat staan dat de kernenergiesector de nodige fondsen zou aanleggen om gedurende duizenden jaren de veiligheid te garanderen. Nu reeds zijn er enorme blunders begaan, zoals in het Duitse Asse en Morsleben. Oude zoutmijnen, waarin sinds de jaren ’60 radioactief afval gedumpt werd. Natuurlijk volledig veilig, volgens de toenmalige geraadpleegde experten, maar instabiliteit en waterinsijpeling maken er ondertussen een nachtmerrie van. In Asse moet het radioactief afval uit de 750 meter diepe mijn teruggehaald worden, maar gezien ook massa’s zout bestraald zijn is het volume nu vervijfvoudigd… Daarnaast zijn er in Europa zelf nog honderden miljoenen m3 laag radioactief afval rond vroegere uraniummijnen, om niet te spreken van wat er elders in de wereld ligt, nu de splijtstof grotendeels wordt ingevoerd.
De keuze van energiebronnen voor elektriciteitsproductie moet volledig rationeel gebeuren, zei klimaatcommissaris Timmermans. Maar is het niet volledig irrationeel dat de Commissie tot op een tiende procent na meent de kosten van de vergrijzing in 2060 te kunnen berekenen, maar geen enkele moeite doet om de kosten te evalueren van het verderzetten van kernenergie?
Voetnoten
- Radioactiviteit, of ‘ioniserende straling’, bestaat uit brokstukken van atomen en hoogenergetische lichtdeeltjes (fotonen) die uit het radioactief materiaal geslingerd worden en indien gecapteerd door organismen schade kunnen berokkenen aan hun cellen. Bij de mens kan dit aanleiding geven tot kanker en mogelijks tot genetische afwijkingen bij de voortplanting.
- In juni 2020 was er sprake van maximaal 107 miljard voor de komende zeven jaar, maar de betwistingen tussen de instellingen over het coronaherstelfonds en de meerjarenbegroting zijn momenteel nog niet achter de rug.
Reactie toevoegen