Dezelfde Europese militaire industrie die wapens verkoopt aan het Midden-Oosten profiteert ook van de militarisering van de EU-grenzen. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van Stop Wapenhandel, gepubliceerd door het Transnational Institute. In plaats van een beleid dat grote wapenbedrijven winst laat maken moet de EU komen met een serieus antwoord op de vluchtelingencrisis.
In het rapport Border Wars beschrijft Stop Wapenhandel de groeiende grensbewakingsmarkt, die profiteert van de door de EU aangekondigde 'strijd tegen illegale immigratie'. Deze globale markt wordt geschat op
€15 miljard in 2015, maar zal naar verwachting bij ongewijzigd beleid in
2022 zijn gegroeid tot meer dan €29 miljard per jaar.
Wapenbedrijven Airbus, Finmeccanica, Thales en Safran behoren tot de grote spelers in de Europese grensbeveiligingssector, evenals technologiegigant Indra. Drie van deze bedrijven – Airbus, Finmeccanica en Thales – behoren eveneens tot de grootste Europese wapenproducenten.
Zij zijn grote wapenleveranciers aan landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, waar de vele conflicten een belangrijke oorzaak zijn van de vluchtelingencrisis. Tussen 2005 en 2014 hebben EU-lidstaten aan deze en andere bedrijven vergunningen voor wapenverkoop aan deze regio toegekend ter waarde van meer dan €82 miljard.
Het EU-beleid in reactie op vluchtelingen concentreert zich niet op het aanpakken van de oorzaak, maar op het aanpakken van smokkelaars en het versterken van de buitengrenzen (ook in landen buiten de EU). Dit heeft geleid tot sterk groeiende budgetten waar de militaire en security-industrie van profiteert. De totale EU-financiering voor grensbeveiligingsmaatregelen van lidstaten via de belangrijkste subsidieprogramma's loopt op tot 4,5 miljard euro tussen 2004 en 2020.
Grensbewakingsagentschap Frontex zag haar budget met 3688% toenemen tussen 2005 (€6,3 miljoen) en 2016 (€238,7 miljoen). De militaire en security-industrie is er ook in geslaagd een groot deel van de €316 miljoen EU-subsidie voor security-onderzoek binnen te slepen.
“Het is pervers en immoreel”, zegt Mark Akkerman van Stop Wapenhandel.
“Dezelfde industrie die heeft geprofiteerd van de oorzaken van de crisis profiteert nu van het beveiligen van de Europese grenzen. Daarmee helpt de EU de CEO's van wapenbedrijven en hun aandeelhouders, maar het is geen oplossing voor het lijden van vluchtelingen.”
Naast een inventarisatie van welke bedrijven profiteren van de vluchtelingencrisis toont het rapport ook aan hoe de lobby van de militaire en security-industrie helpt Europees grensbeveiligingsbeleid vorm te geven, door innige samenwerking met EU-instituties en het uitoefenen van invloed op het onderzoeksbeleid. De European Organisation for Security (EOS), waar Thales, Finmeccanica en Airbus deel van uit maken, heeft stevig gelobbied voor meer grensbewaking als reactie op het vluchtelingenprobleem. Veel van zijn voorstellen, zoals voor een Europese grenswacht, zijn direct terug te vinden in EU-beleid, waar inmiddels de omvorming van Frontex naar een Europese Grens- en Kustwachtagentschap, met veel meer bevoegdheden, is ingezet.
“De EU houdt de deur dicht voor wanhopige mensen op de vlucht voor oorlog, maar gooit deze wel open voor wapenbedrijven, die nu ook onze grensbewaking verzorgen”, zegt Nick Buxton van het Transnational Institute, co-editor van het rapport. “Om de vluchtelingencrisis echt aan te pakken moeten we in de eerste plaats stoppen bij te dragen aan conflicten, en geld dat nu naar wapenbedrijven gaat moet geïnvesteerd worden in veilige vluchtroutes en een eerlijke en humane behandeling van vluchtelingen.”
Reactie toevoegen