Op 21 november stelde Jeremy Corbyn het ‘Labour Manifesto 2019’ voor. It’s Time for Real Change is een lijvig document waarmee Labour naar de verkiezingen van 12 december trekt. Niets bijzonders, zou men kunnen zeggen, iedere partij doet wel zoiets in de aanloop van verkiezingen, en is er nu zoveel te zeggen over het programma van een sociaaldemocratische partij die Labour uiteindelijk is? [leestijd 15 minuten]
Niet zomaar verkiezingen …
Ja, het is een belangrijk programma en het zijn belangrijke verkiezingen. Zoals wel vaker liggen de zaken in Groot-Brittannië ietwat anders dan bij ons. De Labour Party zelf is anders dan een doorsnee-sociaaldemocratische partij op het continent. De PVDA, de sp.a, de PS, de SPD, de PSOE… nemen een welbepaald segment in binnen het politieke spectrum; Labour daarentegen beslaat meerdere segmenten binnen dat spectrum, gaande van liberaal op zijn Tony Blair’s tot radicaal links. De reden is het Brits kiesstelsel, een meerderheidsstelsel waardoor kleine partijen haast geen kans hebben om in het Parlement vertegenwoordigd te zijn; het alternatief is dan zich inwerken in een grote partij. Wie het meeste stemmen haalt in een van de 650 kiesdistricten is er de enig verkozene; er is met andere woorden geen proportionaliteit. Een partij kan nationaal 20% van de stemmen behalen en toch weinig of geen verkozenen hebben. Het gevolg is dat de klassenstrijd en de politieke strijd links-rechts zich in feite deels binnen een partij als Labour afspelen. Zo komt het dat men politieke antipoden als Tony Blair en Jeremy Corbyn in dezelfde partij kan aantreffen. En dat is al een eerste reden waarom deze verkiezingen zo belangrijk zijn: de rechtervleugel van de partij hoopt dat Corbyn met zijn links programma zal afgestraft worden, terwijl de linkervleugel natuurlijk hoopt op een overwinning, zelfs op de intrede van Jeremy Corbyn in Downing Street 10, de ambtswoning van de Britse eerste minister.
Deze verkiezingen zijn natuurlijk ook belangrijk omdat ze een duel zijn tussen de linkse Corbyn en de reactionaire leider van de Conservatieven (Tories) Boris Johnson. En achter deze twee figuren schuilen twee tegengestelde politieke projecten. Dat van Corbyn’s Labour is helder uiteengezet in het Labour Manifesto, waarvan we de grote lijnen verder nog zullen schetsen. Johnson daarentegen verbergt een reactionair project achter zijn driftig gegesticuleer rond Brexit; zijn taking back control gaat niet over meer democratie en een herovering van de volkssoevereiniteit, maar over nog meer uitbuiting van de werkende klasse. Dit is dan ook de grote uitdaging voor Labour: kiezers overtuigen dat de echte inzet gaat over arbeidersrechten, openbare diensten, gezondheidszorg, leefbare steden, klimaatbeheersing.
Maar de brexitkwestie zelf kan men niet ontwijken, ze heeft het politieke leven drie jaar beheerst, en in een referendum heeft een meerderheid zich daarvoor uitgesproken. Geen gemakkelijke opdracht voor de leider van een partij waarvan de kiezers verdeeld stemden in het Brexitreferendum 1.
Er is nog een derde reden waarom de Britse verkiezingen van 12 december een meer dan nationaal belang hebben. Labour is in zijn duel met de Conservatieven momenteel de spits van het verzet tegen het neoliberaal beleid in Europa, zoals vijf jaar geleden SYRIZA dat was. Dat het een sociaaldemocratische partij betreft maakt het des te interessanter, want niettegenstaande de enorme verzwakking van de sociaaldemocratie blijft deze politieke stroming voor veel mensen de hoop op verandering en verbetering. Als Labour kan aantonen dat er overwinningen kunnen behaald worden op basis van een consequent reformistisch programma, zou dit van continentale betekenis zijn, veel meer dan de halfslachtige manoeuvres van Pedro Sánchez in Spanje. In de voorbije decennia hebben sociaaldemocratische partijen systematisch hun programma afgezwakt in de hoop meer kiezers te strikken, en er daarbij meestal alleen maar verloren. Met Corbyn als leider is Labour echter in linkse richting geëvolueerd en behaalde daarmee in 2017, tegen de verwachting van velen (en tegen de hoop van rechts, binnen en buiten Labour), een klinkende overwinning 2.
De Brexit-factor
We zeiden het al: de uitdaging voor Corbyn en Labour is de werkende bevolking ervan te overtuigen dat de inzet van deze verkiezingen de keuze is tussen een verdere neoliberale ontwikkeling, of een poging om het tij te keren en een beleid te voeren for the many, not for the few. Het probleem daarbij is natuurlijk dat er in Groot-Brittannië de laatste drie jaar over niets anders gepraat is dan over Brexit, en dat Boris Johnson er in dreigt te slagen velen ervan te overtuigen dat zijn Brexit een nieuw tijdperk zal inluiden van welvaart en sociale vooruitgang. Corbyn, als leider van een partij die verdeeld is over Brexit, heeft geprobeerd de kwestie zoveel mogelijk te ontwijken, onder andere door open te staan voor een tweede referendum. Dat zou kwalijke gevolgen kunnen hebben bij de stembusgang. In feite hoeft Labour zich niet meer uit te spreken voor of tegen Brexit, want daar is in een referendum over besloten. Het is nu zaak bij deze verkiezingen om glashelder het verschil uit te leggen tussen de vrijhandels-Brexit van de Conservatieven en de People’s Brexit van Labour.
Met het Manifesto 2019 beschikt Labour daarbij over heel wat troeven. Dat zal verderop nog blijken als we de inhoud ervan door lopen, maar er kan ook nog op het volgende gewezen worden. Een deel van de linkse Remainers (tegen Brexit), onder andere in de vakbonden, zien in de Europese Unie een beschutting tegen al te vergaande sociale afbraak. Dit kan vreemd lijken, maar de Britse arbeidersklasse heeft sinds het Thatchertijdperk heel zware klappen moeten incasseren; het stakingsrecht is er bijvoorbeeld aan uiterst restrictieve en repressieve regels onderworpen. De Conservatieven zijn de laatste jaren druk bezig om daar nog een schep bovenop te doen 3. De twijfel aan de eigen krachten binnen de arbeidersbeweging verklaart ten dele waarom sommigen een hoop dan stellen op de Europese Unie. Maar hopen dat de EU het arbeids- en stakingsrecht garandeert komt er zo’n beetje op neer te hopen dat de Britse Queen de Republiek zou verdedigen… Een klinkende overwinning van Labour, en massale steun voor Corbyn’s progressief project, zijn veel betere waarborgen dan het Europees Sociaal Protocol en het antivakbondstropisme van de Europese Commissie als het op sociale vooruitgang aankomt.
Nog een argument voor Brexit is de vraag hoe lang het zou duren alvorens een Corbyn-regering in botsing komt met Brussel als Labour zijn massaal openbaar investeringsprogramma en de hernationalisering van diverse diensten zou aanvatten. Het is in die zin dat Costas Lapavitsas schrijft: We need a Labour Brexit. Maar deze argumentatie is door Labour de voorbije jaren niet gehanteerd.
Het Labour Manifesto 2019
Dat sociale noden, naast Brexit, centraal staan bij deze verkiezingen bewijst ook het verkiezingsmanifest van de Tories dat op 24 november werd voorgesteld. De vos preekt er de passie: 50.000 meer verpleegkundigen, een miljard £ 4 meer elk jaar voor zorg, een kwart miljard voor kinderzorg, pensioenbeloftes, gratis parkeren voor bepaalde groepen bij ziekenhuizen… Maar zoals het neoliberaal discours het voorschrijft mag dit zeker niet met verhoogde belastingen gepaard gaan; de Tories beloven een driedubbele grendel op de belastingen, “terwijl Labour die met 80 miljard £ per jaar wil verhogen”. Maar zelfs de rechtse Times weet dat de Labourplannen populair zijn, en dat mensen zich alleen afvragen of ze gerealiseerd kunnen worden.
Het Labourmanifest heeft vijf grote thema’s:
1. Een groene industriële revolutie
2. Heropbouw van de openbare diensten
3. Armoede en ongelijkheid aanpakken
4. Brexit
5. Een nieuw internationalisme
Het plan zou als volgt gefinancierd worden: Een verhoging van de inkomstenbelasting voor wie meer dan 80.000 £ per jaar verdient, wat 5,4 miljard £ moet opleveren. Inkomsten boven dat bedrag worden aan 45% belast, inkomsten boven 125.000 £ aan 50%. Dit zou dus alleen de hoogste inkomens treffen, 95% blijft ongemoeid.
- De vennootschapsbelasting zou van de huidige 19% naar 26% gebracht worden, wat 23,7 miljard £ zou opbrengen. 5
- Vermogenswinstbelasting verhoogd tot minstens 40%. Opbrengst 14 miljard £.
- Verdere maatregelen betreffen een heffing op financiële transacties (‘Tobintaks’), btw op het schoolgeld voor private scholen, belasting op tweede verblijven, ingrepen in de erfenisbelasting en de banktaks.
Samen zou dit een goede 80 miljard £ opbrengen, waarbij het overgrote deel van de bevolking niet hoger belast wordt, ook niet via verhoogde BTW of sociale bijdragen. De hoofdassen van het plan zijn de volgende 6.
Groene industriële revolutie:
Creatie van 1 miljoen banen voor de duurzame transformatie van industrie, energie, transport, landbouw en gebouwen. Daarvoor wordt een ‘transformatiefonds’ aangelegd van 400 miljard £. Een op te richten nationale investeringsbank zal leningen toestaan onder strikte voorwaarden van compatibiliteit met het plan tot decarbonisatie van de economie en de creatie van goeie banen. Bij deze plannen worden de werknemers en de vakbonden betrokken.
Voor de energievoorziening worden 7000 windturbines op zee gebouwd en 2000 te land, een groot areaal zonnepanelen, de mogelijkheden van getijdencentrales, warmtepompen en waterstof worden verder geëxploreerd (maar er komen ook nieuwe nucleaire installaties ‘voor de energieveiligheid’). Fracking wordt onmiddellijk beëindigd. Er komen baangaranties en herscholing voor werknemers die door de energietransitie hun baan verliezen. Het grootste deel van de 27 miljoen huizen wordt energie-efficiënt gemaakt. De toeleveringsbranche van de grote energieproducenten (the Big Six’) komt in openbare handen. Zowel voor geëxporteerde als geïmporteerde producten zal het Committee on Climate Change toezicht houden op de koolstofvoetafdruk. Er wordt geïnvesteerd in de uitbouw van de Britse productie van elektrische auto's.
Wat transport betreft worden de spoorwegen gehernationaliseerd, de zwaar gehavende busdiensten worden terug uitgebouwd, met grote inbreng in het beheer ervan door de gemeenten, en gedeeltelijk (voor -25-jarigen) gratis gemaakt.
Verder zijn er plannen voor milieubehoud zoals een Clean Air Act, bebossing, aanleg van nationale parken, hulp aan de landbouw, maatregelen tegen overstromingen, tegen overbevissing, voor gezonde voeding en dierenwelzijn…
In een reactie spreekt Friends of the Earth van een geloofwaardig plan voorzien van de nodige middelen. Maar ze hadden ook een duidelijke toezegging gewild om de verkoop van benzine-en dieselauto's tegen 2030 (!) te verbieden, om de zwaveluitstoot te beëindigen, of om de aanleg van wegen en vliegvelden te herbekijken.
Heropbouw van de openbare diensten en openbare dienstverlening
De verloedering van de Britse gezondheidszorg (de NHS, National Health Service) door jarenlang neoliberaal beleid heeft zulke proporties aangenomen dat zelfs Boris Johnson het nodig vond om hierover beloftes te doen in zijn campagne. Het is echt kwestie van de NHS te redden. Labour wil daarom de jaarlijkse financiering met 26 miljard £ verhogen (en zelfs de Tories voorzien daar 20 miljard voor!). Er moeten duizenden aanwervingen komen bij het medisch personeel (er ontbreken 40.000 verpleegkundigen), in de infrastructuur moet massaal geïnvesteerd worden. Labour zal een eind maken aan de privatisering in deze sector, terwijl de Conservatieven meer dan waarschijnlijk een vrijhandelsdeal willen met de Verenigde Staten zodat de gezondheidszorg te grabbel wordt gegooid voor Amerikaanse en andere investeerders.
Ook op het gebied van onderwijs moet een grote inhaalbeweging gebeuren. De Labourplannen voorzien onder andere gratis maaltijden in de lagere school, afschaffing van het collegegeld van de universiteiten (momenteel variërend van circa 9.000 £ tot wel 40.000 £ voor medische studies), de mogelijkheid tot zes jaar vorming naar keuze voor elke volwassene, verkleining van de klassen, massale aanwervingen en verbetering van de lonen. En gratis kinderopvang (2 – 4 jaar) gedurende 30 uren per week. Ook de diensten voor maatschappelijk welzijn (social care) moeten heruitgebouwd worden na jarenlang conservatieve hervormingen; er ontbreken bijvoorbeeld 100.000 maatschappelijk werkers.
Wat betreft veiligheid wil Labour een versterking van de politie vooral op lokaal vlak, maatregelen tegen politionele vooringenomenheid tegenover etnische minderheden en versterking van de cybersecurity. In verband met beveiliging van de grenzen is het Manifest vaag; Labour wil een effectievere aanpak dan onder de Tories. Hervormingen bij Justitie moeten een einde maken aan de onderbemanning bij het gevangenispersoneel en de privatisering van het gevangeniswezen; gevangenisstraf moet zoveel mogelijk vermeden worden door preventie, alternatieve straffen of begeleiding. Er is uitdrukkelijk sprake van de band tussen armoede, problematische jeugd, ongelijkheid en criminaliteit. Er wordt een commissaris aangesteld voor de bestrijding van het geweld tegen vrouwen. Er komt openbaarheid rond historische justitiële onrechtvaardigheden en openbaar wanbeheer (zoals het Grenfelldrama).
Lokale dienstverlening moet hersteld worden door meer armslag voor gemeentebesturen, middelen voor lokale bibliotheken, een eind aan de sluiting van postkantoren en het terugbrengen van het geprivatiseerde Royal Mail in publiek bezit; creatie van een publieke Bank van de Post. Onder de Conservatieven gingen 11.500 banen bij de brandweer verloren en werden tientallen brandweerkazernes gesloten. Labour wil 5.000 nieuwe brandweermannen aanwerven.
Een ‘spectaculair‘ voorstel kreeg in de media extra veel aandacht: tegen 2030 moet iedereen gratis breedbandtoegang tot het internet hebben via glasvezel.
Armoede en ongelijkheid:
Er moet een einde komen aan de working poor, o.a. door een minimumloon van 10 £ per uur; kleine bedrijven worden daarbij geholpen met overheidsgeld. Werknemersdeelname in de winst bij grotere bedrijven. Steun aan kleine zelfstandigen (‘self employed people’). ‘The biggest extension of workers rights in history’ door o.a. de oprichting van een Ministerie voor Werknemersrechten, promotie van collectieve arbeidsovereenkomsten, verbod op nul-uurcontracten, uitbreiding ouderschapsverlof, eind aan de loondiscriminatie van vrouwen, minderheden en gehandicapten. Herstel van de vakbondsrechten, van het stakingsrecht, recht voor bonden op aanwezigheid en rekrutering in bedrijven. Wat de arbeidsduur betreft wil Labour op een periode van 10 jaar de gemiddelde arbeidsduur voor een fulltime job terugbrengen tot 32 uur per week, zonder loonverlies.
Vrouwendiscriminatie wordt bestreden, niet alleen door het dichten van de pay gap, maar ook door maatregelen tegen geweld tegen vrouwen (o.a. degelijke financiering van opvanghuizen), positieve discriminatie bij aanwerving waar aangewezen, verbeterde parlementaire vertegenwoordiging. Ook tegen discriminatie op basis van huidskleur, godsdienst, handicap of seksuele voorkeur zijn er specifieke maatregelen.
In het hoofdstuk over immigratie wordt de economische rol daarvan onomwonden bevestigd: “Ons immigratiesysteem moet ons in staat stellen om de mensen te rekruteren die we nodig hebben (…) Werkvisa moeten alle gaten opvullen op gebied van vaardigheden en tekorten.” Maar Labour wil daarbij elke discriminatie tussen migranten en Britten opheffen. Aangezien voor Labour Brexit nog niet vaststaat, leest men er ook: ”If we remain in the EU, freedom of movement would continue. If we leave, it will be subject to negotiations, but we recognise the social and economic benefits that free movement has brought both in terms of EU citizens here and UK citizens abroad – and we will seek to protect those rights.”
Labour zal het asielrecht volledig respecteren, waarbij een ruime interpretatie gegeven wordt aan de term vluchteling: slachtoffers van oorlogen, milieucatastrofes, honger of vervolging. Het Verenigd Koninkrijk moet meehelpen verdrinkingsdoden in de Middellandse Zee te vermijden.
In het sociale zekerheidshoofdstuk zegt Labour het systeem dat door de Conservatieven werd ingevoerd te zullen afschaffen. Dit systeem, ‘Universal Credit’ (UC), was zogezegd een vereenvoudiging door het vervangen van een reeks specifieke tegemoetkomingen (huisvesting, loonondersteuning,…) door één ‘universele’ uitkering. Dit heeft volgens Labour tot grootschalige verarming geleid, en zal daarom vervangen worden door een alternatief dat een minimale levensstandaard moet garanderen. In afwachting van de invoering van het nieuwe systeem zullen noodmaatregelen getroffen worden om de ergste gevolgen van UC te bestrijden.
Wat betreft pensioenen wil Labour iets doen aan het onrecht aan 3 miljoen vrouwen aangedaan door de Tories die plots de regels (pensioenleeftijd) veranderden, waardoor het pensioenbedrag verlaagde. Zoiets moet in de toekomst onmogelijk worden door wetgeving terzake.
Labour wil de pensioenleeftijd op 66 jaar houden, en onderzoeken welke zware beroepen daarvan kunnen afwijken.
Labour belooft een ambitieus huisvestingsplan, met de bouw van jaarlijks 100.000 ‘council houses’ (gemeentelijk) en 50.000 door huisvestingsmaatschappijen. Gemeenten zouden middelen krijgen om privaat verworven huizen terug te kopen. Nieuwe huizen moeten vanaf 2022 koolstofneutraal zijn. De belasting op tweede verblijven verdubbelt. Er worden maatregelen genomen ter bescherming van de 11 miljoen huurders.
Op vijf jaar tijd wil Labour komaf maken met het bestaan van daklozen die buiten moeten slapen.
Een ander beleid vereist ook andere wettelijke bepalingen. In het hoofdstuk ‘Constitutional Issues’ wordt dan bv. gedacht aan de vervanging van het onverkozen House of Lords door een verkozen Senaat, stemrecht voor iedereen die in het Verenigd Koninkrijk verblijft, verlaging van de stemgerechtigde leeftijd tot 16 jaar.
Over Brexit:
Na veel dubbelzinnigheid komt Labour nu op voor een tweede (bindend) referendum over Brexit, the final say of the people; een no-deal uitstap wordt uitgesloten. Deze deal moet zorgen voor een nauwe aansluiting bij de interne markt van de EU, deelname aan diverse Europese agentschappen en activiteiten (milieu, research, cultuur, veiligheid…). EU-burgers kunnen blijven wonen en werken in Groot-Brittannië. In het geval Brexit niet doorgaat zal een Labourregering ijveren, samen met Europese partners, voor een ‘radicale hervorming’ van de EU, met nadruk op klimaatbeleid, strijd tegen fiscale fraude en de beëindiging van het soberheidsbeleid en de ongelijkheid.
Een nieuw internationalisme:
“Labour zal mensenrechten, internationaal recht en de klimaatkwestie als kern nemen van het internationaal beleid, en de Britse globale invloed aanwenden om, wat veiligheid betreft, een einde te maken aan het principe ‘eerst bombarderen, daarna praten’. Door een wetgevend initiatief wil Labour ook vermijden dat in de toekomst het Parlement gepasseerd wordt wanneer tot militaire actie besloten wordt. Er moet ook een audit komen over de impact van het Britse koloniaal verleden, en onderzocht worden welke rol het land speelde bij uitleveringen en folteringen. Wapenleveringen aan Saoedi-Arabië die gebruikt worden in Jemen, en aan Israel gebruikt tegen de Palestijnen moeten stopgezet.
De Britse klimaatexpertise die grotendeels verloren ging onder de Conservatieven moet weer opgebouwd worden, en klimaatbeleid moet een essentieel deel worden van het Britse optreden in de internationale instellingen.
De paragrafen gewijd aan het militair beleid dragen niet het stempel van antimilitarist Corbyn, en betekenen voor mij het dieptepunt van het Labour Manifest. Het land zal zich kwijten van zijn engagementen bij de NATO (o.a. door 2% van het BBP te besteden aan het militaire) en qua defensie nauwe banden blijven onderhouden met de Europese partners. Labour is voor de vernieuwing van Trident, het Britse kernwapenarsenaal ! Er is ook geen sprake van het omsmeden van zwaarden tot ploegscharen: “De defensieindustrie van het Verenigd Koninkrijk staat aan de wereldtop, en Labour zal voortgaan samen te werken met producenten, vakbonden en exportpartners in overeenstemming met Labours buitenlandse politiek om vernieuwing in deze sector te ondersteunen, zodat we blijvend verzekerd zijn van de hooggeschoolde werkkracht en opleidingsprogramma’s van wereldklasse.” We kunnen raden naar de confrontaties met de legertop, vakbondsleiders en wie weet, elementen van de Britse deep state die aan deze standpunten ten grondslag liggen…
Meer in de richting van Corbyn’s gedachtengoed is het laatste hoofdstukje over internationale solidariteit en sociale rechtvaardigheid. De verhouding met de landen van het Zuiden moet gebaseerd zijn op de principes van gelijkheid en herverdeling, in plaats van liefdadigheid en imperialisme. Het budget voor ontwikkelingssamenwerking moet minstens 0,7% van het BBP bedragen. Het internationaal belastingssysteem moet veranderen, vakbonden moeten internationaal gesteund worden en het bindend VN-verdrag over ondernemingen en mensenrechten 7 moet er komen. Sociale rechtvaardigheid en klimaatactie moeten ook terug te vinden zijn in investerings- en handelsverdragen, ondersteuning van het Zuiden tegen de klimaatopwarming en bv. ook het patentrecht, dat al te vaak een belemmering is voor de toegang tot medicatie.
Conclusie
Men kan allerlei bedenkingen hebben bij het Labour Manifest. Ik heb er bijvoorbeeld bij de plannen over kerncentrales, migratie in functie van de arbeidsmarkt, deelname van sommige werknemers in de winst van ondernemingen, de banden met de NATO, en dat verschrikkelijke zinnetje “Labour supports the renewal of the Trident nuclear deterrent” (het Brits kernwapenprogramma; de enige ‘vergoeilijking’ die men kan bedenken is dat ook Mélenchons La France Insoumise de Franse versie ervan ondersteunt).
Natuurlijk, een partijmanifest is geen eenmanszaak maar de uitkomst van een ingewikkeld spel van krachten; we hebben in de inleiding gezegd dat die in Labour wel heel ingewikkeld liggen. Ook dit programma is een compromis. Maar er ligt toch een wereld van verschil tussen Blairs Derde Weg en dit Manifesto for the many, not for the few. En het is ook iets helemaal anders dan verklaringen van sociaaldemocratische leiders alhier die niet verder komen dan ‘positieve stappen in de goede richting’ of ‘een nieuw en wervend verhaal’ en dies meer. Het Manifest komt ook niet uit de lucht vallen, en is meer dan een electoraal gelegenheidsschriftje. Heel wat voorstellen waren ook al in het manifest van 2017 te vinden. Het is een evoluerende basis waarop verder kan gewerkt worden.
De voorwaarde is natuurlijk dat Labour de verkiezingen van 12 december wint. Bestaat die kans? De polls van de laatste weken geven aan de Conservatieven een score van 40 à 45 %, tot zelfs 47%, Labour komt op 28 à 32%. Kan Labour dit bijbenen? Wie weet, polls moeten genomen worden voor wat ze zijn. In 2017 had ook niemand verwacht dat Labour met zijn links programma 40% zou halen (42,4% voor de Conservatieven onder Theresa May); voor velen was de afgang van Corbyn een zekerheid, maar ze kwamen bedrogen uit.
Na 12 december komt er in Groot-Brittannië in ieder geval real change; of dit ten goede of ten kwade is zal van het verkiezingsresultaat afhangen. Het verschil tussen de twee alternatieven is in ieder geval zeer groot.
Voetnoten
- . Ongeveer 30% van wie in 2017 Labour stemde zou in 2016 voor Leave (uit de EU) gestemd hebben.
- Met 40% van de stemmen in 2017, tegenover 30,4% in 2015, 29% en 2010, 35,2% in 2005 en 40,7% in 2001, respectievelijk onder Labourleiders Ed Milliband, Gordon Brown en Tony Blair in 2005 en 2001.
- Zie bijvoorbeeld het artikel Biggest crackdown on trade unions for 30 years launched by Conservatives in The Guardian van 15 juli 2015.
- Het Britse pond is momenteel 1,17 € waard.
- Om deze miljarden wat in perspectief te zetten: het Britse bbp was in 2018 ongeveer 2100 miljard £.
- In het Verenigd Koninkrijk zijn een aantal bevoegdheden toegewezen (‘devolved’) aan de regionale assemblees van Schotland, Wales, Noord-Ierland en Groot-Londen. Het betreft onder andere ziektezorg, onderwijs, huisvesting, deels transport enz. Op dat vlak zijn er aparte versies van het Labour manifest waarop we hier niet ingaan.
- Zie Ander Europa, Mensenrechten vs. Bedrijfswinsten: en de winnaar wordt …
Dit artikel verscheen eerder op Ander Europa.
Eens met Yanis Varoufakis.
Eens met Yanis Varoufakis. Dit is een programma van een sociaal democratische partij. Het is zeker waardevol, maar wel beperkt. Een herstrucurering van de financiele sector (banken, geld en kapitaalmarkt) vindt ik bijvoorbeeld niet terug in het programma. Gelet op de rol en functie van het financiele kapitaal in het kapitalistische systeem is het onder democratische controle brengen van de financiele sector en het daarmee verbonden vastgoed van groot belang.
Groot gelijk Eric! Die
Groot gelijk Eric! Die kritiek wordt ook in de VK gedeeld. Zie hier: https://www.andereuropa.org/het-economische-beleid-van-labour-een-hele-uitdaging-voor-de-boeg/
Reactie toevoegen