De delegaties van de regering Ortega en de Alianza Cívica bereikten op vrijdag 29 maart een akkoord. Twee dagen eerder werd er al een gezamenlijke verklaring gepubliceerd over de vrijlating van politieke gevangenen in een periode van 90 dagen. Beiden zijn ondertekend door vertegenwoordigers van de regering en leden van de Alianza Cívica, in aanwezigheid van de apostolische nuntius Waldemar Stanislaw Sommertag, die deelneemt als getuige en begeleider van de Nationale Dialoog, en van Luis Ángel Rosadilla, de vertegenwoordiger van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS).
De inhoud van het akkoord
In de ‘Overeenkomst ter versterking van de rechten en garanties van de burgers’, zoals de titel van het akkoord luid worden een hele serie zaken genoemd die door de regering nageleefd moeten worden, zoals onder andere een eerlijke rechtsgang en effectieve rechtsbescherming, vrijheid van meningsuiting en academische autonomie. Allemaal zaken die ook in de Nicaraguaanse (grond)wet zijn vastgelegd maar waar de regering Ortega zich niet aan houdt. Recht op protest en de nationale vlag Het regime verbindt zich ertoe ‘het recht op bijeenkomsten, demonstraties en publieke mobilisatie te waarborgen, met inachtneming van de grondwet en de betreffende wetten. Zodra aan de vereisten van de betreffende wet is voldaan, zal de nationale politie toestemming geven voor de uitoefening van dit recht’. De overeenkomst benadrukt ook dat ‘er geen voorafgaande toestemming nodig is voor een vreedzame bijeenkomst, die geen invloed heeft op het vrije verkeer van personen en voertuigen en het normale samenleven van de bevolking niet belemmert.’ Ook het ‘onbeperkte recht van alle Nicaraguanen op het respectvolle gebruik van de Nationale Vlag’ wordt erkend. Geen Illegale aanhoudingen Een ander belangrijk punt in de overeenkomst is de stopzetting van de ’illegale detentie’ van burgers die tegen de regering hebben gedemonstreerd en die het slachtoffer zijn geworden van ontvoeringen door paramilitairen en de politie. ’Niemand mag aan willekeurige detentie of gevangenschap worden onderworpen, noch van zijn vrijheid worden beroofd, behalve om redenen die bij wet zijn vastgelegd’. In het document wordt bepaald dat de huizen van de burgers kunnen worden doorzocht met een schriftelijke opdracht van een bevoegde rechter. Iedereen die gedetineerd is moet na 48 uur worden vrijgelaten als er geen gerechtelijke procedure wordt ingezet. Herstel van de persvrijheid Een andere punt is de eerbiediging van de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid en de teruggave van geconfisqueerde goederen aan onafhankelijke media. ‘De staat moet het recht op invoer van papier, machines, apparatuur en reserveonderdelen voor de geschreven pers, radio en televisie garanderen.’ Met betrekking tot de inbeslagnames van media, zoals 100% Noticias en Confidencial moeten de ‘beslissingen van de Staat met betrekking tot de getroffen activa worden herzien in het kader van de gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan op 18 april 2018.’ En: ‘De staat garandeert het onbeperkte recht op vrijheid van meningsuiting, het recht op informatie mag niet worden onderworpen aan censuur’. Ontwapening van paramilitairen Een ander belangrijk punt is de ontwapening van de paramilitairen. Er wordt bij de autoriteiten op aangedrongen ‘de nodige maatregelen te nemen om te zorgen voor de ontwapening van degenen die zonder vergunning wapens dragen of die zich als gewapende groeperingen buiten de grondwettelijke en rechtsorde om organiseren.’ . Ook wordt er een beroep gedaan op het Nicaraguaanse leger en de politie om zich te houden aan de plicht tot registratie van de door hen gebruikte wapens. Andere rechten In de overeenkomst worden een aantal rechten genoemd die gegarandeerd moeten worden. ‘Het recht van werknemers om via hun organisaties en in overeenstemming met de wet deel te nemen aan het bestuur van ondernemingen’, alsook ‘de garantie dat geen enkele werknemer in de publieke of private sector wordt ontslagen om redenen van politieke voorkeur.’, Ook wordt er gewezen op de noodzaak van een versterking van de universitaire autonomie, de rechten van de inheemse en Afro-afstammelingen aan de Caribische kust, en ‘het waarborgen van het onbeperkte recht op alle vormen van eigendom, zonder discriminatie op grond van geboorte, nationaliteit, politieke overtuiging, ras, geslacht, taal, religie, mening, afkomst, eigendom of sociale status’. ‘Alle Nicaraguanen in het buitenland, in het bijzonder degenen die zijn vertrokken in het kader van de gebeurtenissen van 18 april 2018, zullen naar hun land kunnen terugkeren met volledige garanties en veiligheid voor hun persoon en hun familie’, staat in een van de andere artikelen. Het akkoord besluit met de zin: ‘De uitvoering van deze overeenkomst begint bij de ondertekening ervan.’
Vrijlating politieke gevangenen
Een aparte verklaring over de politieke gevangen stelt dat alle gevangenen en gedetineerden die in het kader van de gebeurtenissen van en na 18 april 2018 gevangen zijn genomen binnen negentig dagen na ondertekening op 20 maart 2019 vrij zullen komen en van rechtsvervolging zullen worden ontslagen. Een cruciaal probleem bij dit punt is de vraag wie politieke gevangen zijn. Het akkoord noemt ze namelijk geen politieke gevangenen, maar mensen die in het kader van de gebeurtenissen van en na 18 april 2018 gevangen zijn genomen. Volgens de Alianza Cívica, die zich baseert op gegevens van de mensenrechten organisatie CPDH (die veel van de cases verdedigt), zijn er in totaal 838 personen die om politieke redenen gevangen zijn genomen. De regering gaat uit van een veel kleiner aantal. Het laatste, door de regering genoemde cijfer (in december 2018), is 347 en daarvan zouden al 152 mensen ‘vrij’ gelaten zijn. Dat wil zeggen, onder voorwaarden of huisarrest. Inmiddels zijn een aantal van deze mensen opnieuw opgepakt. Ook blijft de regering nog altijd nieuwe mensen oppakken. De angst is dan ook dat met deze afspraak de situatie van politiek gevangenschap niet afgelopen zal zijn en de resterende gevangenen niet echt vrijgelaten zullen worden. In het betreffende akkoord is nu overeengekomen dat zowel de Alianza als de regering met een lijst zullen komen zodat het Comité van het Internationale Rode Kruis (ICRK) als ‘onpartijdige, neutrale en onafhankelijke humanitaire instelling, als neutrale bemiddelaar zal optreden’, en met een definitieve lijst zal komen. Ook krijgt het ICRK toegang tot de gevangenen waarbij ze ‘In het kader van hun bezoeken nagaan of de Nicaraguaanse autoriteiten, de internationaal erkende normen en standaarden voor adequate en humane behandeling (van gevangenen) in acht nemen en respecteren.’ Daarbij moet ze ‘in de uitvoering van haar taken kunnen rekenen op de medewerking van alle betrokken overheidsorganen.’
Impliciete erkenning?
In de overeenkomsten staat feitelijk dat de overheid zich moet houden aan de grondwet, de nationale wetten en regels en internationale verdragen. Het feit dat dit er zo stellig en op een aantal punten zo gedetailleerd staat in een - ook door de regeringsdelegatie ondertekend stuk - betekent een impliciete erkenning van de schendingen. Tot nu toe rechtvaardigde de regering de systematische schending van de mensenrechten met het voorwendsel dat er in april 2018 sprake was een door het buitenland gesteunde coup. Van die bewering is in het akkoord niets terug te vinden.
Wat er niet in het akkoord staat
Een aantal punten komen opmerkelijk genoeg niet terug in het akkoord: • Berechting van de schuldigen. Er wordt met geen woord gesproken over berechting van de schuldigen aan de misdaden van de afgelopen tijd. • Daar staat tegenover dat er ook niets in staat over Amnestie voor die daden. • Ook het aftreden van Ortega en Murillo, het houden van vervroegde verkiezingen en hervormingen van het electorale systeem komen in de documenten niet ter sprake. Kortom, er wordt (impliciet) geconstateerd dat de rechtsstaat met voeten getreden is en dat daar een einde aan moet komen, maar vragen van schuld en boete worden nauwkeurig vermeden
Wat zijn de gevolgen van dit akkoord?
Het is op dit moment moeilijk te zeggen wat de gevolgen van deze akkoorden zijn, voornamelijk omdat de regering de dag na het tekenen van het akkoord weer een protest onderdrukte en daarbij tien mensen arresteerde. Daarbij opende in Managua een FSLN-militant het vuur op een demonstratie bij Metrocentro, waarbij drie ernstige gewonden vielen. De Alianza Cívica heeft de dubbele houding van de regering direct sterk bekritiseerd. Het lijkt duidelijk dat deze akkoorden mede bedoeld zijn om de Nationale Dialoog enig prestige te geven en het wantrouwen bij een deel van de bevolking weg te nemen. Het feit dat er door de Alianza geen concessies zijn gedaan aan de regering kan daaraan bijdragen. Zoals we al in onze vorige nieuwsbrief schreven stemde de regering in met een Nationale Dialoog in om de druk vanuit het buitenland te ondervangen. Door in gesprek te gaan en op papier concessies te doen hoopt het regime verdere sancties af te wenden en de internationale druk te verminderen. De huidige patstelling, waarbij de regering de volgens haar ingetreden normalisering alleen met bloedige hand weet te handhaven en haar tegenstanders door de repressie geen vuist kunnen maken is met deze akkoorden niet doorbroken. De hoop die er uit valt te putten is dat dit akkoord het moeilijker maakt voor de regering om grove repressie voort te zetten op straffe van een verder verlies aan internationale steun. Een grote zwakte van de overeenkomsten is het ontbreken van betrouwbare internationale instanties die de ontwikkelingen ter plekke kunnen volgen en daarover rapporteren. Het Internationale Comité van het Rode Kruis krijgt een zeer bepekte rol en alleen met betrekking tot de politieke gevangenen. De eis van weder toelating tot het land van de Inter-Amerikaanse Commissie voor de mensenrechten (CIDH) en de VN Mensenrechtenorganisatie is door het regime afgewezen. Daar ligt dus een essentiële taak voor de internationale solidariteitsbeweging: afdwingen dat er ogen en oren te plekke zijn die duidelijk kunnen blijven maken wat er in Nicaragua gaande is, onderzoek naar de gebeurtenissen kunnen en uitvoering van de afspraken kunnen ondersteunen en monitoren, zodat de regering de normalisering van onderdrukking niet voort kan zetten, maar vooral zodat de regering niet op haar woorden maar op haar daden beoordeeld wordt. Dit is een deel van de Nica nieuwsbrief nummer 13. Voor de hele nieuwsbrief, abonneren op deze nieuwsbrief of vorige edities teruglezen? Klik dan hier!
Reactie toevoegen