De verkiezingen van 23 juli worden gekenmerkt door de reactionaire draai die wereldwijd en in Spanje heeft plaatsgevonden. De directe aanleiding voor deze verkiezingen is de electorale nederlaag van het progressieve blok in de verkiezingen van 28 mei. Hoewel de resultaten van de PP en de PSOE relatief dicht bij elkaar lagen, heeft de electorale rekenmethode die de macht verdeelt een grote verschuiving teweeggebracht: de ineenstorting van Unidas Podemos en de neergang van de PSOE hebben ertoe geleid dat de PP de controle heeft overgenomen in veel provinciehoofdsteden en regio's. Die verandering heeft Pedro Sánchez gedwongen om algemene verkiezingen uit te schrijven. Maar laten we proberen verder te kijken.
De reactionaire draai heeft onderliggende oorzaken. De eerste en meest doorslaggevende is te vinden op internationaal niveau, in een opeenvolging van nederlagen en capitulaties van links die na de crisis van 2008 zijn ontstaan en die de opkomst van nieuw rechts hebben uitgelokt: van Syriza tot de integratie van Podemos in een regering met de PSOE, via het Corbynisme en Sanders, het gevoel dat blijft bestaan is dat links niet in staat is om stabiele massaprojecten te consolideren en niet in staat is om zichzelf te voorzien van een programma om uit te voeren. Crisis dus binnen links.
Een andere onderliggende reden heeft te maken met angst: oorlog, de geopolitieke herordening van het kapitalisme en de ecologische crisis veroorzaken een gevoel van het einde van het tijdperk. De ongelijkheid neemt toe in de landen van het kapitalistische centrum, hele delen van de wereld worden door het kapitalisme in chaos gestort, nieuwe machten betwisten de hegemonie met de oude. Voor de middenklasse is het duidelijk: in elk land moet orde en gezag worden opgelegd om in een brandende wereld de eigen relatieve voorrechten beter te kunnen handhaven. Het ontbreekt de arbeidersklasse en de onderdrukten aan sterke politieke organisaties en een strategisch perspectief om het kapitalisme te bestrijden. Crisis van links en wereldwijde crisis. Maar de opstanden gaan door, zij het zonder duidelijke politieke richting: Frankrijk nam het over van Chili, Chili van de Zwarte bevolking in de VS... enzovoort, enzovoort.
In Spanje zijn de transformatie van Podemos en de nederlaag van de pro-onafhankelijkheidsbeweging de bepalende factoren geweest in het kamp van het progressieve blok; de opkomst van Vox en de opkomst van de PP zijn er de keerzijde van. De progressieve coalitieregering was niet het begin van een periode van grote veranderingen: het was eerder het einde van de hoop die de beweging van 15M had gewekt. De progressieve regering heeft geprobeerd een beleid van modernisering van het Spaanse kapitalisme te bevorderen, een beleid dat we hebben omschreven als 'hervormingsgezind zonder hervormingen'. In plaats van te streven naar een herschikking van de kapitalistische samenleving op basis van een zekere herverdeling van de rijkdom, hebben ze tot elke prijs een beleid gehandhaafd dat de bedrijfswinsten in stand hield in een context van 'Keynesianisme zonder groei of herverdeling'. Deel van dat beleid, dat de huidige dynamiek van het kapitalisme weerspiegelt en voedt, zijn de enorme toename van militaire uitgaven, de versterking van de veiligheidsdiensten en de aanvallen op protesten, op civiele rechten en migranten.
In die zin kwam de progressieve regering, ondanks hoogdravende toespraken, haar beloften op programmatisch-wetgevend gebied niet na (arbeidshervorming, pensioenen, wetten die protest moeilijker maakten, huisvesting, enzovoort), ze heeft objectief gezien een versterking van de autoritaire koers van de staat doorgevoerd (migratie), ze heeft zich op één lijn geplaatst met het westerse imperialisme, een blok waarvan ze deel uitmaakt in een ondergeschikte rol (Sahara, de oorlog in Oekraïne...) en ze heeft het economische beleid van het kapitaal toegepast: de inflatie heeft de lonen opgevreten, de arbeidersklasse is sociaal niet sterker dan toen deze regering aantrad. De grote historische taak om de klimaatcrisis aan te pakken is uitgesteld en overgedragen aan het grootkapitaal, waardoor het groene kapitalisme wordt bevorderd. Zelfs op gebieden waar enige vooruitgang is geboekt, zoals op het gebied van feminisme en LHBTI-rechten, is de vooruitgang fragiel en wordt onder andere bedreigd door de institutionalisering van sociale bewegingen.
De opkomst van rechts in de Spaanse staat past in deze context: onzekerheid over de toekomst, hegemonie van de oude middenklasse in de politieke dynamiek, een reactie op de sociale mobilisaties van de afgelopen jaren die, hoewel vertekend, een 'transformistische' relatie hadden met het progressieve blok, chronische crisis, de noodzaak om de orde te bewaren omdat verandering alleen maar tot erger zou leiden, structurele verzwakking van organisatie van en banden tussen arbeiders. Het onderliggende proces gaat onverbiddelijk voort terwijl het progressivisme gebukt gaat onder het 'beheren van het bestaande'.
We willen niet dat er ook maar één stem naar rechts gaat. We willen niet dat de Partido Popular en Vox in de regering komen. Maar los van ieders individuele stem kunnen we onze ogen niet sluiten voor de capitulaties van de linkse partijen, die in de regering al hebben laten zien dat ze niet in staat zijn om hun beloften na te komen. Deze partijen zijn niet in staat de confrontatie met de economische machten aan te gaan om de belangen van de arbeidersklasse te verdedigen. We roepen op om waar mogelijk te stemmen op kandidaten die een duidelijk en helder standpunt innemen tegen de reactionaire golf, maar ook de capitulaties en allianties met het sociaal liberalisme afwijzen en de vrijheid en zelfbeschikking van de volkeren verdedigen. We roepen op tot stemmen op de CUP (ondanks onze meningsverschillen met hen over het te lakse beleid richting de rest van het pro-onafhankelijkheidsblok en over meer strategische kwesties) en op Adelante Andalucía, een project waaraan wij deelnemen en dat tot doel heeft een ecosocialistisch en feministisch verzamelpunt van de Andalusische arbeidersklasse op te bouwen tegen het regime van 78.
Op 23 juli zullen we weten wat het nieuwe kader is waarin we ons bewegen. Als het progressivisme standhoudt, zal de aanval van rechts niet ophouden, maar we hebben er geen vertrouwen in dat de noodzakelijke transformaties zullen worden doorgevoerd. Wat er ook gebeurt, we zullen strijden, samen met veel anderen Maar het verzet kan niet alleen bestaan uit de straat op gaan: deze pijnlijke crisis van het progressivisme maakt ons duidelijk dat we een links nodig hebben dat onafhankelijk is van de macht, dat net zo loyaal is aan de achtergestelde klassen als rechts aan de kapitalisten. Dat project van Anticapitalistas heet ecosocialisme en het zal moeten worden opgebouwd door middel van sociaal verzet, maar ook door de relevante lessen te trekken in de politieke arena. We moeten ons niet neerleggen bij het minste kwaad, noch de geschiedenis laten blijven dicteren door dezelfde oude gevestigde machten en ideeën.
Dit artikel stond op Anticapitalistas. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.
Reactie toevoegen