Het voorstel van Donald Trump om alle Palestijnen uit Gaza te verwijderen en de regio in een badplaats te veranderen, is bijna wereldwijd veroordeeld. De bezwaren hebben er, terecht, op gewezen dat dit idee zowel schandalig als onpraktisch is; maar ze gaan meestal voorbij aan het feit dat het niet van Trump afkomstig is, maar al heel lang deel uitmaakt van de zionistische plannen voor het Midden-Oosten.
Theodor Herzl, de oprichter van de zionistische beweging, was aanvankelijk onduidelijk of zijn toekomstige Joodse staat in Palestina of in Argentinië moest komen. Over de inheemse inwoners van zo'n staat vertrouwde hij in juni 1895 zijn dagboek toe: 'We zullen proberen de berooide bevolking de grens over te krijgen door ze werk te verschaffen in de doorgangslanden, terwijl we ze elk werk in ons land ontzeggen'. Voorafgaand aan de uitzetting stelde hij voor: 'Als we naar een gebied verhuizen waar wilde dieren leven waaraan de Joden niet gewend zijn – grote slangen enzovoort – dan zal ik de oorspronkelijke bewoners, voordat ik ze werk geef in de doorgangslanden, gebruiken om die dieren uit te roeien.'
Onder Ottomaanse- en vanaf 1917 Britse heerschappij verdreef de zionistische beweging duizenden boeren van hun land. Yosef Weitz, directeur van de koloniserende instantie, het Joods Nationaal Fonds, en een van de architecten van dat beleid, schreef in 1940 (opnieuw in zijn dagboek, en niet bedoeld voor publicatie) 'Het moet ons duidelijk zijn dat er in Palestina geen plaats is voor deze twee volkeren... De enige oplossing is Palestina, tenminste West-Palestina, zonder Arabieren... De manier is om de Arabieren van hier naar de buurlanden over te brengen, allemaal, behalve misschien die uit Bethlehem, Nazareth en de Oude Stad van Jeruzalem. Niet één dorp, niet één stam mag overblijven'.
De oorlogen die leidden tot de oprichting van de staat Israël in 1947-9 creëerden de mogelijkheid om Palestijnen met geweld te verwijderen, niet alleen uit hun huizen, maar ook uit Palestina zelf. In de loop van die oorlogen werden zo'n 750.000 Palestijnen – ongeveer 80 procent van de totale bevolking – 'over de grens gedreven', wat gepaard ging met talloze bloedbaden en wreedheden. Een van de beruchtste was het bloedbad in Lydd in juli 1948, waar tientallen Palestijnen omkwamen nadat ze waren opgesloten in een moskee die vervolgens werd beschoten door een Israëlische tank. Ongeveer 70.000 overlevenden werden toen gedwongen om door de woestijn naar Ramallah te lopen; honderden stierven in wat bekend werd als de Lydda Dodenmars. De officier die het bevel gaf voor deze misdaden was Yitzhak Rabin, later door velen geprezen als een held van het 'liberale zionisme'.
Een andere Israëliër die onverklaarbaar wordt beschouwd als een 'liberale zionist' is historicus Benny Morris, die in een interview met Haaretz in 2004 kritiek uitte op de eerste premier van Israël, David Ben-Gurion, omdat hij niet ver genoeg ging: 'Als het einde van het verhaal somber blijkt te zijn voor de Joden, dan komt dat omdat Ben-Gurion de overdracht in 1948 niet voltooide. Omdat hij een grote en onstabiele demografische reserve achterliet op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza en in Israël zelf... Het niet voltooien van de overdracht was een vergissing.'
Een latere kans deed zich voor in 1967, toen Israël de Westelijke Jordaanoever, Gaza en Oost-Jeruzalem bezette en nog eens 300.000 Palestijnen verdreef. Israëls stafchef die hiervoor verantwoordelijk was, was opnieuw Yitzhak Rabin.
Sinds 1967 heeft Israël vele honderden, zo niet duizenden Palestijnen verdreven, terwijl de oprichting van illegale nederzettingen nog veel meer van hun huizen en land heeft beroofd. Hoewel het geassocieerd wordt met zogenaamd zionistisch rechts, is veel van die activiteit afkomstig van en uitgevoerd door mensen die beweren liberale of zelfs socialistische zionisten te zijn. Terwijl de openlijke fascisten, zoals minister van Financiën Bezalel Smotrich en voormalig minister van Nationale Veiligheid Itamar Ben-Gvir, publiekelijk hun wens verkondigen om alle Palestijnen uit Palestina te verwijderen, hebben anderen in stilte dezelfde agenda nagestreefd, terwijl ze zich publiekelijk distantieerden van het idee van gedwongen uitzetting.
Het voorstel van Trump is daarom niet zo vreemd als het op het eerste gezicht lijkt. Veel van de basis hiervoor is gelegd in de afgelopen 77 jaar van onteigening en uitzetting. Elke poging om het uit te voeren zal stuiten op massaal Palestijns verzet, dat zal worden gesteund door consequente anti-imperialisten in Israël – maar het lijkt onwaarschijnlijk dat een aanzienlijk aantal Israëlische Joden stappen zal ondernemen om deze verdere misdaad tegen de menselijkheid te voorkomen.
Wij dringen erop aan dat als Palestijnen in Gaza moeten worden hervestigd, dat moet gebeuren naar hun vroegere huizen, steden en dorpen in Palestina, waarvan ze al vele tientallen jaren zijn uitgesloten.
Dit artikel stond op Anti Capitalist Resistance. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.
Reactie toevoegen