De linkse Syrische activist Mounif Mulhem geeft in dit interview zijn eerste indrukken van de omwentelingen in Syrië.
Het Syrische volk verwelkomde de val van het Assad-regime met grote vreugde. Het regime regeerde meer dan een halve eeuw over Syrië met een ongeëvenaarde dictatuur. In het laatste decennium van haar bewind werden mensen en huizen vernietigd, verdreef het bijna de helft van de bevolking binnen en buiten Syrië, liet het meer dan een half miljoen van de inwoners vermoorden en onderwierp dit wrede regime een groot deel van zijn burgers aan allerlei vormen van marteling, vernedering, armoede en onthield de bevolking de meest elementaire levensvoorwaarden.
Ik werd samen met vier van mijn broers en twee van mijn schoonzussen gearresteerd en we brachten meer dan de helft van de jaren van het regime van Assad senior in detentie door.
Na de revolutie, in 2011, plunderde en brandde het regime ons huis af (een oud huis uit het eerste kwart van de vorige eeuw), waaruit we verdreven waren, en werd ik gearresteerd, samen met veel zonen en dochters van mijn familie. Wat ons is overkomen is misschien minder erg dan wat er is gebeurd met duizenden Syrische families die hun kinderen hebben verloren in gevangenschap of als gevolg van het geweld van het regime en de bloedbaden die het heeft aangericht in de afgelopen halve eeuw van zijn bewind.
Wat betreft de indruk dat er aanhangers van het regime zijn, dat is waar, maar zij vormen niet meer dan 20 procent van het Syrische volk, en de meesten van hen hebben belangen die verbonden zijn met de maffia's van het regime, of het zijn leden van sektarische of nationale minderheden wier geweten is geruïneerd door het regime en geholpen door de gewapende islamitische strijdkrachten omdat de revolutie tegen het regime hun leven bedreigt.
Waarom is het Syrische leger zonder slag of stoot ingestort?
Vanaf de allereerste dagen van de revolutie begon het leger uiteen te vallen, liepen soldaten over of vluchtten, vrezend voor hun leven in een conflict waar ze geen belang bij hadden. Tegen het einde van 2018 was de enige coherente eenheid die overbleef in het leger de Vierde Divisie onder leiding van Maher al-Assad, die meer vertrouwde op het werven van shabbiha [huurmoordenaars ingehuurd door het regime] om te vechten dan op zijn eigen leden, die druk bezig waren met plunderen en het innen van schatting bij controleposten.
De Republikeinse Garde is verantwoordelijk voor de bescherming van het presidentiële paleis en de bijgebouwen in Damascus. De rest van het leger bestaat voornamelijk uit nieuwe rekruten en Iraanse milities onder leiding van Hezbollah. De meesten van hen zijn teruggetrokken naar Libanon. Over het algemeen is het moreel van hen allemaal erg laag door de lengte van de oorlog en het gebrek aan voedsel en wapens. Dat heeft geleid tot het beeld dat we zagen toen de militaire facties oprukten onder auspiciën en met steun van Turkije.
De Westerse media hebben het alleen over HTS (Hayat Tahrir al-Sham) en hebben het nooit over het Syrische Nationale Leger, betaald en bewapend door Turkije, dat oprukt naar Rojava en daar bloedbaden aanricht. Welke invloed zou het SNA kunnen hebben op de ontwikkeling van de situatie?
Terwijl de missie van HTS was het omverwerpen van het regime van Assad, hebben de militaire facties die Turkije in het noorden heeft gevormd uit Syrische militaire facties – die zich hebben teruggetrokken uit alle militaire zones tegenover het regime – zich ten doel gesteld om de Koerdische strijdkrachten te bestrijden, die Turkije als de grootste bedreiging aan zijn grenzen ziet. Daarom denk ik niet dat ze een andere rol zullen spelen dan de rol die Turkije hen heeft toebedeeld. Ze zullen niet echt een rol spelen in het lot van het volgende Syrië, behalve die van een Turkse drukmiddel op de echte winnaars in Syrië.
Al-Joulani presenteert zichzelf als een man die veranderd is. Heb je er vertrouwen in dat hij en de HTS een vorm van democratie in Syrië zullen herstellen?
Noch ik, noch de meeste Syriërs die zich verheugden over de val van het regime in handen van al-Joulani, vertrouwen de toespraken en verzekeringen die al-Joulani aan de Syriërs geeft. De vreugde die de Syriërs overviel met de val van het Assad-regime gaat gepaard met voorzichtigheid en angst voor de democratie en de vrijheden die sinds het begin van de revolutie zijn herwonnen, vanwege de sterke aanwezigheid van al-Joulani.
Sommige onderzoekers beweren dat dit alles een voortzetting is van de revolutie van 2011. Kunnen we hen geloven?
Sinds het begin van de revolutie, vooral na het vierde jaar van de Syrische revolutie, beschouwen veel Syriërs de salafistische jihadistische militaire facties als contrarevolutionaire krachten, en de afgelopen jaren hebben laten zien dat de bevolking van Noord-Syrië de HTS afwijst. De demonstraties tegen al-Joulani in Idlib dit jaar, waarin zijn afzetting werd geëist, zijn daar het bewijs van.
Interview op 11 december 2024 door Mireille Court op Inprecor. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.
Mounif Mulhem woont in Damascus. Als militant van de Communistische Actiepartij zat hij 17 jaar gevangen in de afschuwelijke gevangenis van Palmyra. Als lid van de Vierde Internationale gaf hij de strijd tegen de dictatuur nooit op en werd vijf jaar geleden opnieuw een paar maanden gearresteerd, maar gelukkig vrijgelaten.
Reactie toevoegen