Ondanks moordpartijen op activisten door politie en huurmoordenaars gaat de Braziliaanse beweging van landloze boeren (MST) vastbesloten door met haar strijd voor de rechten van de allerarmsten. De MST werd opgericht in 1985. Binnen de organisatie wordt teruggegrepen op oude tradities om aan het moderne vorm te geven. Pastorale medewerkers van de katholieke kerk vertegenwoordigen dat ‘moderne’. Ze worden geïnspireerd door een christelijke socialisme, de zogenaamde bevrijdingstheologie. (leestijd: 4 minuten)
Dat was bijvoorbeeld het geval met de Siciliaanse boerenliga in de jaren negentig van de negentiende eeuw. In deze beweging zagen de boeren het socialisme als het echte christelijke geloof, dat de priesters hadden verraden en verkocht aan de rijken. Ze geloofden dat een nieuwe wereld naar Gods wil op komst was, zonder armoede, honger en ellende. De beweging verspreidde zich als een olievlek en wist dankzij moderne organisatievormen in sommige streken van Sicilië lang stand te houden. Datzelfde kan gezegd worden van de beweging van landarbeiders in Brazilië. Het verschil is dat de rol van de socialisten overgenomen is door de katholieke kerk. Vandaag de dag is de MST een van de belangrijkste sociale bewegingen in Brazilië en Latijns Amerika. De beweging organiseert honderdduizenden boeren, pachters, landarbeiders en dagloners– onder hen veel vrouwen- die vechten voor radicale hervormingen. De term landarbeider verenigt ieder die op het platteland werkt en maakt een bondgenootschap met arbeiders in de steden, tegen het neoliberalisme, mogelijk.
Kerk tegen kapitaal
De MST heeft haar oorsprong in wat het zogenaamde ‘christendom van de bevrijding’. Deze belangrijke sociale beweging wordt gevormd door pastoraal werkers afkomstig uit het volk en zogenaamde christelijke basisgemeenten. Ze heeft sinds begin jaren zestig miljoenen christenen in Latijns Amerika in beweging gebracht. De bevrijdingstheologie, ontstaan in de jaren zeventig, is de spirituele uitdrukking ervan. De oorsprong van de MST is zonder de rol van de Braziliaanse kerk niet te begrijpen.
In 1964 steunde de kerk de militaire staatsgreep – om ‘christelijke waarden’ te verdedigen tegen het dreigende bolsjewistische gevaar. Toch werd de kerk in de jaren zeventig de belangrijkste oppositiekracht tegen een dictatuur die de sociale tegenstellingen verscherpte. Vooruitstrevende katholieken werden geïnspireerd door de bevrijdingstheologie en beschouwden het kapitalisme als bron van alle ellende. Enkele bisschoppen en priesters verklaarden in 1973: “Wij moeten het kapitalisme verslaan. Het is het grootste kwaad, de opeengestapelde zonde, de verrotte wortel van, de boom die alleen monstrueuze vruchten voortbrengt als armoede, honger, ziekte en de dood. Om dat systeem opzij te schuiven moet aan het particuliere bezit van de productiemiddelen – fabrieken, land, handel, banken – een einde gemaakt worden.”
Zoals de fameuze Duitse filosoof Max Weber stelde, heeft de katholieke kerk steeds een diepe afkeer gevoeld voor de koude, onpersoonlijke geest van het kapitalisme. Die visie vinden we terug in de ideeën van de radicale Braziliaanse katholieken, maar met twee belangrijke verschillen. In de eerste plaats wordt het morele protest tegen het kapitalisme onderbouwd met een moderne sociale analyse geïnspireerd door het marxisme. In de tweede plaats worden de armen niet meer beschouwd als slachtoffer, maar als subject van de eigen geschiedenis en daarmee als deelnemer aan de eigen bevrijding.
Vooral de pastorale basisgemeenten (CPT) hebben radicaal en consequent gekozen voor de armen. De CPT werden opgericht in 1975 en zijn een netwerk van geestelijken, waaronder zelfs enkele bisschoppen en leken. Het netwerk speelde een belangrijke rol gespeeld als scholingscentrum voor rurale leiders. Veel pastorale medewerkers en geestelijken van de CPT hebben hun inzet met de dood betaald.
Lange mars
Het millenniarisme van de CPT krijgt vorm in een even sociale als religieuze voorstelling van het rijk Gods. Niet in de zin van ‘de andere wereld’, maar van een ander soort samenleving hier op aarde, gebaseerd op liefde, rechtvaardigheid en vrijheid. Anders dan in traditionele millenniaristische bewegingen wordt dit rijk niet gezien als aanstaand, maar als het eindpunt van een lange mars naar het beloofde land, volgens het bijbelse verhaal van Exodus.
Een van de kenmerken van de cultuur van de CPT, die ook als geheel terug te vinden is bij de MST, is de kritiek op de dramatische sociale gevolgen van de introductie van het kapitalisme op het platteland – de werkloosheid en ontheemding. Op basis van het idee dat de armen vorm kunnen geven aan hun eigen geschiedenis heeft de CPT als doel de zelforganisatie van rurale arbeiders te bevorderen. De doelen van de beweging van landloze boeren werden in 1984 in Cascavel gedefinieerd: landhervorming en een nieuwe rechtvaardige samenleving waarin gekozen wordt voor vrijheid en tegen het kapitalisme. Aan het officiële oprichtingscongres van de MST in 1985 namen 1500 afgevaardigden uit bijna alle staten van Brazilië deel.
Spanningen over geweld
Vanaf het begin - de duizend dagen van confrontatie met het leger en de overheid bij het kamp van Encruzilhada Natalino (1981-1983) - maakte de MST gebruik van nieuwe strijdmethodes zoals illegale bezettingen van onontgonnen land en het oprichten van zelfbeheerde democratische kampen. Soms werden de landlozen met grof geweld verwijderd door de militaire politie, maar soms werd de overheid gedwongen te onderhandelen, door de grote zichtbaarheid van deze bezettingen en de ondersteuning door de kerk, de vakbeweging en linkse partijen.
De CPT heeft respect voor de autonomie en het seculiere karakter van sociale bewegingen en verwerpt dus het traditionele kerkelijke concept van ‘de christelijke vakbond.’ Toch zijn er onvermijdelijk conflicten ontstaan tussen de MST en een aantal geestelijken van de CPT, vooral over het gebruik van geweld. Tijdens de bezetting van het landgoed Annoni (Rio Grande du Sud) gaven negenenveertig progressieve bisschoppen een verklaring waarin ze de bezetting ondersteunden. Ze benadrukten echter vooral haar vreedzame karakter en waarschuwden de beweging in bedekte termen tegen een ‘uitbarsting van geweld’ die tot een bloedige onderdrukking zou leiden.
De MST waakt daarom over haar onafhankelijkheid. Ze staat open voor zowel katholieken als protestanten, inclusief een groeiende minderheid van leden van de pinkstergemeente en traditionele lutherse protestanten. Ook niet-gelovigen zijn welkom, hoewel die laatsten erg zeldzaam zijn op het platteland. De ongelovigen die er zijn, zijn vooral te vinden onder de vele stedelijke activisten die met de beweging samenwerken. Ondanks deze deconfessionalisering is het voor niemand een geheim dat de overgrote meerderheid van haar kaders uit de CPT en de basisgemeenschappen komt.
Utopie
Het millenniarisme van de MST wordt in Brazilië ook wel haar mystiek genoemd. De sociaal-religieuze utopie van het ‘christendom van de bevrijding’ is impliciet of expliciet aanwezig in allerlei rituelen die vorm helpen geven aan het leven: vieringen, processies, marsen, liederen, toespraken. De boeren accepteren deze rituelen wel, hoewel de meerderheid van de deelnemers aan de bezettingen dichter bij het volkskatholicisme staat en gelooft in de magische kracht van heiligen. Een onverzettelijk geloof in de komst van een nieuwe samenleving - het wereldlijke equivalent van het eeuwige rijk - is geen belemmering voor de MST om met volledig moderne rationaliteit te handelen, zich concrete doelen te stellen, te onderhandelen met de overheid en winstgevende, productieve landbouwcoöperaties te organiseren. Deze gelukte synthese van utopie en realisme heeft ongetwijfeld de MST het centrale referentiepunt gemaakt voor alle krachten van de Braziliaanse civil society, – de vakbonden, kerken, linkse partijen en universiteiten- die strijden tegen het neoliberalisme.
Michael Löwy, van afkomst een Oostenrijkse Jood, groeide op in Brazilië. Hij is socioloog, lid van de Franse zusterorganisatie van de SAP en auteur van The War of Gods: Religion and Politics in Latin America.
Reactie toevoegen